Bjjlage 25 ZES EN VEERTIGSTE VERSLAG tan den toestand der Academie van Beeldende Kunsten te ’s-Gravenhage, over 1904—1905. Ter voldoening aan Artikel 14 van het Reglement heeft de Raad van Bestuur der Academie van Beeldende Kunsten de eer, U hierbij het 4B8te Verslag omtrent den toestand der Academie over het afgeloopen leerjaar aan te bieden. Had de Raad in het vorige Academie-jaar het overlijden van twee zijner medeleden, de heeren Bisschop en Schlüsen te betreuren, ternauwernood was in beide opengevallen plaat sen voorzien of opnieuw ontviel den Raad den 15en Decem ber een zijner leden, de heer Ph. Sadée, die 15 jaren lang de belangen onzer instelling trouw behartigd had. Bij diens ter aarde bestelling herdacht de Voorzitter de verdienste van dezen degeljjken medebestuurder. Kort te voren, in de Alge- meene Leden vergadering van 17 November 1904, waren in de plaats van de heeren A. Le Comte, W. Schlüsen en C. Bisschop resp. gekozen de heeren: K. Sluyterman, N. H. Klaas- sen en H. J. van der Weele. Deze heeren hebben de be noeming aanvaard In Februari verzocht de heer A. van Delden wegens ge zondheidsredenen eervol ontslag uit zijne betrekking als Directeur der Academie. Herhaaldelyk, zelfs maanden achter een, zooals in het voorjaar van 1904, was de heer van Del den door eene hardnekkige en zeer pijnlijkechronische kwaal genoodzaakt geweest, zich door den Onder-directeur Jansen te doen vervangen. Daar de kwaal slepende bleef en hem belette zijne betrekking naar den eisch te vervullen, achtte hij zich genoodzaakt, ook in verband met het advies zijner geneesheeren, dat rust en kalmte aanbeval, met ingang van 1 October 1905, eervol ontslag uit genoemde betrekking te vragen. Met betuiging van leedwezen over het aangevraagd ont slag, verleende de Raad van Bestuur dit, onder dankbetuiging voor de diensten, welke de heer van Delden gedurende ruim 18 jaren aan de Academie bewezen had. Tevens riep men bij advertentie sollicitanten voor de open gevallen betrekking op. Tot heden heeft echter de Raad op-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1905 | | pagina 643