26
en Wethouders met daartoe betrekkelijke voorstellen en
werd in den Gemeenteraad van 29 Mei 1905 besloten, aan
ons Bestuur voor het daarin vestigen van een doorgangshuis
voor verlaten kinderen in gebruik te geven het perceel
Westeinde No. 43 en de verdieping van perceel Westeinde
No. 45, nadat de localiteiten van gemeentewege daartoe
zouden zijn ingericht.
Tevens werd bij gemeld besluit aan Burgemeester en
Wethouders een crediet verleend van f 2000,— voor de uit
voering van de voor die inrichting vereischte werkzaamheden.
Aan het hoofd der inrichting werd geplaatst C. Koster en
diens echtgenoote. Op 15 November was de inrichting ge
reed en kon zij in gebruik worden genomen.
Deze inrichting, die aan de meest billijke eischen voldoet,
voorziet in eene dringende behoefte.
De verzorging en uitbesteding geschiedde blijkens de hier-
volgende tabel:
6
VERSLAG BURGERLIJK ARMBESTUUR.