35
37
zooverre als daardoor bekend zou zijn, wie als hoofden van
ondernemingen zijn aan te merken in die bedrijven, welke
niet in een handelsregister worden opgenomen, zooals timmer
lieden, bouwondernemers enz., welke bv. in Duitschland
volgens ingewonnen informaties niet in het handelsregister
voorkomen.
Omtrent de 5de vraag: dat aan de politie, de rechtbanken
en de Officieren van Justitie zou worden opgedragen om
inlichtingen te verstrekken, of tegen personen, die tot den
handelsstand of de industrie behoorende, veroordeelingen zijn
uitgesproken wegens misdaden tegen het eigendomsrecht of
dat tegen hen deswege een onderzoek deswege is ingesteld,
werd verschilend geoordeeld.
De meerderheid der leden was van oordeel, dat het ver
strekken van inlichtingen omtrent ondergane straffen in
strijd was met de beginselen der humaniteit en van ons
strafrecht. Enkele leden echter meenden, dat het algemeen
belang een zoodanigen maatregel rechtvaardigde.
Dat mededeeling zou worden gedaan van die gevallen,
waarin tegen iemand wel een onderzoek wegens een der
genoemde misdreven was ingesteld, doch geen veroordeeling
gevolgd, vond algemeene afkeuring.
II. Tot het bestuur der Kiesvereeniging „de Middenstand”
naar aanleiding van zijn verzoek om ondersteuning van een
tot den Gemeenteraad gericht adres betreffende den verkoop
van cokes aan de gemeentegasfabriek.
De overwegingen, welke leidden tot het besluit om niet
aan dit verzqek te voldoen werden medegedeeld.
Reeds vroeger was de tusschenkomst der Kamer ingeroepen
in deze quaestie. Zij stelde toen een uitvoerig onderzoek in,
waarvan het resultaat was, dat zij moest tóegeven, dat de
admininistratie der gasfabriek bezwaarlijk anders kon han
delen dan geschiedt. De door den adressant bedoelde open
bare inschrü vingen betreffen slechts een klein deel van de
cokesproductie der fabriek. Deze verkocht in het laatste jaar
waarover het verslag in het bezit der Kamer was (1903),
ruim 681.000 H L. cokes, ongerekend het gruis en het uit-
ziftsel.
De gehouden inschrijving betrof, voorzoover de Kamer had
kunnen nagaan, een hoeveelheid van ongeveer 160.000 H.L.
derhalve slechts een betrekkelijk klein deel der productie.
Tot dezen verkoop was de fabriek genoodzaakt door gebrek
aan bergruimte in den tijd, dat de vraag naar cokes sterk
vermindert, nl. het voorjaar. Ook al beschikte de fabriek
echter over meer bergruimte, zou het bewaren van groote
hoeveelheden cokes gedurende langen tijd zeer nadeelig zijn,
VERST,AG DER KAMER V. KOOPHANDEL EN FABRIEKEN.
I
t