Aan den Raad der Gemeente ’s-Gravenhage, geeft met verschuldigden eerbied te kennen -. het Bestuur der Vereeniging „Kinderkleeding” alhier; dat het met blijdschap vernomen heeft dat de grootste meerderheid der Commissie van bijstand in het beheer van het gemeente-onderwijs verklaart, dat de Statuten der Ver eeniging thans voldoen aan alle eischen, gesteld in sub I van het Raadsbesluit van 23 Nov. 1903; dat het tevens mag constateeren dat het College van B. en W. van dezelfde meening is, daar dit slechts één aanmerking had op een onderdeel van art. XI van het huishoudelijk reglement, en dit gedeelte nu, in overeenstemming met bovenbedoelde wenk is ingetrokken; dat het, in verband met de opmerking der kleine minder heid omtrent de beteekenis van het woord trachten in art. 2 der Statuten, meent te moeten aanvoeren dat dit woord in nagenoeg alle statuten van vereenigingen voorkomt en de beteekenis heeft, dat een vereeniging nooit waarborg kan geven, dat zij haar doel zal bereiken, maar alleen de wijze van werken kan beschrijven, waarop ze zich voorstelt haar taak te volbrengen dat het bij schrijven van 5 Maart jl. aan B. en W. heeft kennis gegeven, dat de Vereeniging bereid was aan de in het Raadsbesluit gestelde voorwaarden te voldoen, en later heeft bericht hoe het zich voorstelt het sub 1° bedoelde onderzoek in te richten en de overige voorwaarden te ver vullen. Redenen, waarom het Uwen Raad verzoekt uitvoering te geven aan zijn besluit, genomen in de openbare vergadering van 23 Nov. 1903 en aan de Vereeniging subsidie te verleenen. ’t Welk doende enz. Voordat dit advies in den Raad zou worden behandeld, werd door de heeren Van der Toorn, Edersheim, Van Pijlen en De Wilde op den lOen December 1904 eene nota ingediend, waarin zij op verschillende gronden aantoonden, dat naar hunne meening „geen enkele voegzame reden bestaat om op „de eenmaal genomen beslissing van den Gemeenteraad terug „te komen, door mede te gaan met een der alternatieven, „die nu Burgemeester en Wethouders aanbevelen”. Door het Bestuur werd den 14en December het volgende adres verzonden: Onze verwachting dat nu spoedig een beslissing zou volgen, i werd niet vervuld en daar de kas byna ledig was verzond het Bestuur den 23en Januari 1905 een adres dat aldus eindigde: 2 41 VERSLAG VAN DE VEREENIGING „KINDERKLEEDING.”

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1905 | | pagina 855