iB
i
43
I
Nadat de Gezondheids-Commissie voor ’s-Gravenhage Burge
meester en Wethouders gewezen had op den vervuilden
toestand, waarin de achter de Cornelis-Speelmanstraat en de
Daendelsstraat gelegen sloot zich bevond, werd op de eige
naren dier sloot art. 36 der Algemeene Politieverordering
toegepast.
De Gezondheids-Commissie wees Burgemeester en Wethou
ders voorts op den onvoldoenden toestand van de rioolkolken
van eenige perceelen aan de Ankerstraat en aan de Kerklaan.
In dien toestand werd door de eigenaren voorzien zonder
dat daartoe eene aanschrijving tot hen behoefde te worden
gericht.
Eindelijk vestigde de Gezondheids-Commissie nog de aan
dacht op den slechten toestand, waarin de slachterij in perceel
Westeinde n°. 617 verkeerde, waarin aanleiding werd gevon
den den concessionaris nieuwe voorwaarden op te leggen.
De concessionaris, van het besluit tot oplegging dier voor
waarden in hooger beroep gekomen zijnde, werd bij Konink
lijk besluit van 20 November 1905 n°. 33 niet ontvankelijk
verklaard.
Tengevolge van een mededeeling van de Gezondheids-Com
missie, dat de houder eener vergunning voor een slachtplaats
in op aan de Voldersgracht in strijd met de voorwaarden
dier vergunning, zijne inrichting gewijzigd en vergroot had,
werd door Burgemeester en Wethouders overwogen de des-
i tijds bij Koninklijk Besluit verleende vergunning in te trek-
ken. Op het einde des jaars was de beslissing te dien aanzien
nog niet genomen.
Overigens werd dagelijks in de verschillende wijken der
Gemeente door de Bouwpolitie toezicht uitgeoefend bij den
bouw van gebouwen, gevels, muren, secreten, beerputten,
overstortingen, riolen, schoorsteenen, enz. en zijn daarbij
zooveel mogelijk de belangen der openbare gezondheid en
veiligheid behartigd.
Aldus opgemaakt door Burgemeester en Wethouders der
gemeente ’s-Gravenhage, den 18den Mei 1906.
r>
VERSLAG WONINGWET.