97
7
Bourbonstraat in verbinding te brengen straten, waarvan
één in het verlengde van de le Van den Boschstraat
en de andere evenwijdig met de Vlietstraat, werd op
verzoek van de Residentie Bouwgrond Maatschappij, op
wier gronden de ontworpen straten zijn gelegen, mede
in de Raadsvergadering van 1 Augustus goedgekeurd.
Bij de goedkeuring werd besloten tot kostelooze over
name van de voor dezen straataanleg bestemde gronden
en tevens tot aanwijzing van eenige aangrenzende
gronden ais in de naaste toekomst bestemd voor den
aanleg van straten, ten einde daarop later, in verband
met art. 27 der Woningwet, een bouwverbod te kunnen
vestigen.
Nadat door den heer G. Bordewijk aan H. M. de
Koningin vernietiging w’as gevraagd van het Raadsbesluit
van 11 Januari 1904 (zie bladz. 83 van het Gemeente
verslag over dat jaar), waarbij hem vergunning was
geweigerd om een villa te bouw’en op een terrein aan
den Rijswijkschen Weg, werd van den Minister van
Binnenlandsche Zaken de uitnoodiging ontvangen óf de
gevraagde vergunning alsnog te verleenen óf, met toe
passing van art. 27 der Woningwet, een bouwverbod
uit te vaardigen.
Ten gevolge daarvan werd in de Raadsvergadering
van 1 Augustus besloten: 1°. tot intrekking van het
Raadsbesluit van 4 Juni 1901, waarbij eenige gronden,
gelegen tusschen den Rijswijkschen Weg, de Laak, den
Trekvliet en de Broeksloot werden aangewezen om voor
openbare straat te w orden bestemd, en 2°. die gronden,
krachtens art. 27 der Woningwet, aan te wijzen als in
de naaste toekomst bestemd voor aanleg van straten
en van een plein.
In verband met den voorgenomen bouw van een
tramremise met werkplaatsen, enz. op een daartoe aan
gekocht terrein ten Westen en in het verlengde van
de Laan van Meerdervoort, w7erd in de Raadsvergadering
van 1 Augustus een oppervlakte grond en water, gelegen
op de terreinen van de Bouwrgrond Maatschappij „Hout-
rust" en bestemd voor de doortrekking van de Laan
van Meerdervoort tot het terrein der remise en voor
eenige daarbij aan te leggen straten en grachten, aan
gewezen als in de naaste toekomst bestemd voor den
taiileg van straten en grachten.