128
1
79
262
430
1
h
II. Heerschende ziekten.
In verband niet de bepaling der wet van 4 December
1872 (Staatsblad No. 134), zooals zij luidt na de daarin
gebrachte wijzigingen bij de wet van 21 Juli 1899,
(Staatsblad No. 166), werden de navolgende aangiften
van besmettelijke ziekten gedaan
Typhus
Febris typhoïdea
Diphtheritis
Roodvonk
Pokken
Meningitis Cerebrospinalis
epidemica
De loop dier ziekten over de verschillende maanden
en naar de verschillende straten treft men aan in de
tabel, opgenomen als bijlage 13.
Ook in 1906 kwamen enkele gevallen van Febris
typhoïdea voor, doch tot beteugeling dier ziekte behoefden
geen buitengewone maatregelen te worden genomen
de meeste lijders werden in de barakken der Zieken
huizen opgenomen.
Verder verwijzen wij naar het verslag van de ver
richtingen en bevindingen van den tijdelijken Inspecteur
ter bestrijding der Cholera (zie bijlage No. 14).
III. Begraafplaatsen.
1". Eenige bijzonderheden betreffende de Algemeene
Begraafplaats treft men aan onder Hoofdstuk V, B, f,
alwaar tevens wordt aangetroffen eene opgave van het
aantal grafkelders en graven, welke in gebruik zijn afge
staan, zoomede de opbrengst van de begrafenisrechten.
2°. In het afgeloopen jaar werden begraven
op de algemeene burgerlijke begraafplaats 1540lijken;
op de bijzondere begraafplaats der Roomsch-Katho-
lieke gemeente 1135 lijken;
op die der Nederlandsch-Israëlitische gemeente aan
den Scheveningscheweg de lijken van 26 mannen, 29
vrouwen, 13 kinderen en 4 levenloos geborenen. In den
loop van 1906 werd eene nieuwe begraafplaats in ge
bruik genomen, gelegen aan den Leidschen straatweg
onder Wassenaar; aldaar werden begraven 5 mannen,
4 vrouwen en 1 levenloos geborene;
IS?