181
Het schoolgeld per cursus bedroeg per leerling f50.—
f 25.of nihil.
Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen,
genaamd „de Christelijke Normaalschool”, door de Re-
geering erkend en gesubsidieerd als bijzondere kweek
school. Zij is gevestigd in het gebouw Prinsestraat no.
44. De lessen werden gegeven door den Directeur J. D.
de Visser Smits en 5 vaste onderwijzers, 3 privaat
onderwijzers en 1 privaat-onderwijzeres. Het aantal
kweekelingen op 31 December 1906 bedoeg 67 (33
mannelijke en 34 vrouwelijke). Aan de inrichting is
verbonden een cursus ter opleiding voor de hoofd
akte, waarvan de lessen insgelijks gegeven worden
door het personeel der Normaalschool.
Bijzondere kweekscholen zijn nog die van Mevrouw
van de WateringVisser (Oude Molstraat 36), met
24 vröuwelijke leerlingen, 8 onderwijzeressen en 3
onderwijzers, de cursus vangt aan 1 Mei; die van de
St. Willebrordusvereeniging met 8 onderwijzeressen, 2
onderwijzers en 52 leerlingen, en de bijzondere normaal
lessen voor onderwijzers van de St. Vincentiusvereeni-
ging, met 10 onderwijzers en 17 leerlingen, voorts de
bijzondere Normaalschool van Mevrouw M. J. G. Michael
(van de Watering) voor opleiding tot onderwijzer: aantal
onderwijsgevenden 5, aantal leerlingen 2.
Onderwijs in paedagogiek en methodiek aan
onderwijzeressen in handwerken.
Bij Raadsbesluit van 19 Maart 1906 werd besloten
om, voor drie maanden als proef, naast den bestaanden
cursus voor de paedagogiek, een cursus in de methodiek
voor de nuttige handwerken voor meisjes te doen geven.
Deze cursus ving aan den 5den Mei d. a. v., en werd
gegeven door mejuffrouw A. M. Nater, van Rotterdam.
Deze proefcursus werd bijgewoond door 87 onder
wijzeressen in handwerken in vaste gemeentebetrekking.
Plaatsgebrek en vele aanvragen om een tweeden
cursus bij te wonen gaven aanleiding tot het Raads
besluit van 8 October 1906, waarbij tot de inrichting
van dien cursus machtiging werd verleend.
In November bereikte den Raad een voorstel, om
met intrekking der Verordening, regelende het onderwijs