1 I 1 20 ij 13 ■1 van verwacht, dan zullen die enkele lessen niet voldoende zyn. Bizonder meent het comité de aandacht te moeten vesti gen op het gemis van zeep en handdoeken in verscheidene scholen, terwijl in sommige zelfs het duinwater afgesloten is. Het comité meent, dat er niet genoeg op aangedrongen kan worden, dat bij het vervaardigen van kleedingstukken op de les van nuttige handwerken, dit zich zal beperken tot de meest praktische voorwerpen. Wat betreft het onderwijs in paedagogiek aan onderwijze ressen in handwerken, deelt de met het toezicht daarop belaste Sub-Commissie het volgende mede: Sedert 1 Januari 1906 daalde het aantal onderwijzeressen in handwerken, die den cursus voor paedagogiek volgden, doordien enkelen de stad verlieten, anderen een ander vak kozen van 47 tot 41. Zij waren verdeeld als volgt: 6 dames bezochten den cursus van den heer De Beste; 10 die van den heer Eterman; 14 die van den heer Velthuisen en 11 die van den heer Wijnveldt. Tot einde October werden de vier laatste punten van het programma behandeld, t. w.I. Onderwijs en school; II. Schoollucht; III. Grondstoffen en IV Herhaling van ’t ge leerde. Daarna had het examen plaats ten overstaan van de commissie, door B. en W. bij besluit van 26 October 1906 daartoe aangewezen, n.l.: Dr. C. Brakman (voorzitter) en A. W. H. Ludwig, leden der Plaatselijke Commissie van Toezicht; Mevrouw C. Japikse geb. Japikse en Mej. S. Hermine Croiset, leden van het Damescomité voor het toezicht op het handwerkonderwijs. De heer Ludwig had intusschen zeer tot ons leedwezen ontslag genomen als lid der commissie. Bij het schriftelijk examen, dat gehouden werd op 31 October voor alle candidaten, werden 12 onderwerpen opge geven, die in den loop van den cursus besproken warenover twee daarvan, door de examinanda te kiezen, moest een een voudig opstel gemaakt worden. Eenige dier onderwerpen zyn 1. Hoe kunnen wij bij het onderwijs in handwerken de opmerkzaamheid veikrygen en behouden? 2. Welke leer vormen kent gij en van welke bedient gij u bij uw onderwijs? 3. Is voor de handwerken klassikaal of hoofdelijk onderwijs gewenscht? Zeg duidelijk waarom. 4. De zijde. 5. Het hand werkonderwijs bederft de oogen en de lichaamshouding der leerlingen. Wat kunnen wij doen, om deze uitspraak onwaar te maken? enz. Het fnondeling onderzoek had plaats op 3 en 7 November; toen konden 37 diploma’s worden uitgereikt; aan 4 candi daten, wier mondeling examen niet geheel voldoende was geweest, werd verlengd examen toegestaan, hetgeen alsnog tot gunstigen uitslag mocht leiden. VERSLAG LAGER ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1906 | | pagina 469