i 20 30 f De beweegredenen, die de leerlingen naar de scholen dreef, lingen tellen, is het gemakkelijker klassikaal te werken, althans in de vakken, die zich daartoe leenen. Waar leerlingen werden toegelaten, die de lagere school niet geheel hadden doorloopen, daar bleek eerst recht hoe weinig er was overgebleven van het weinige, dat deze leer lingen hadden opgenomen. In zeer vele gevallen was de moeite, aan deze leerlingen besteed, voor een goed deel ver- geefsch. Zij, die goed onderlegd waren, profiteerden ook hier het meest; men kon tevreden zijn over hunne vorderingen. Leerlingen, die reeds bij een baas werkten, kwamen vaak te laat op school, omdat hun zelfs geen verlof werd gegeven, een paar minuten vroeger de werkplaats te verlaten. Zij kwamen dan ook ongewasschen op school. Overigens lieten de netheid en de zindelijkheid niet te wenschen over. De Commissie betreurt, dat er nog altijd werkgevers zyn, die niet inzien of willen inzien, dat dooi' aan de ontwikkeling van hunne arbeiders beletselen in den weg te leggen, zij mede de oorzaak zijn van ontevredenheid en verbittering en het nemen van dwaze besluiten in de hand werken. Des te onaangenamer doet het aan, waar zonder morren de minder bedeelde het schoolgeld betaalt, dat de gemeente heft. Gelukkig zijn er nog werkgevers, die voor hunne aanko mende werklieden het gaan naar de herhalingsscholen ver plicht stellen en die van de rapporten inzage vragen en de goede rapporten zelfs geldelijk beloonen. Men noemde ons o.a. de firma Mouton en Co. en de firma Simons. Het schoolverzuim was over ’t algemeen niet hoog, of schoon hooger dan op de dagschool: 4%, maar soms 12G2% voor de jongens hooger dan voor de meisjes, voor den zomer cursus hooger dan voor den wintercursus. Het werd op de gewone wijze bestreden, n.l. door kennisgeving aan de ouders, soms door huisbezoek. Meestal hadden deze middelen het gewenschte gevolg. De orde in de school was goed, de belangstelling voldoende en de resultaten dientengevolge meesttijd verblijdend. De gemeente getroost zich voor het herhalingsonderwijs vrij zware offers en ofschoon men dankbaar mag zijn voor hetgeen geheel vrijwillig bereikt wordt, toch zou men gaarne de banken gevuld zien door die talloozen, voor wie de lagere school eindonderwijs is. Het ware wenschelijk, dat het her halingsonderwijs verplicht werd gesteld voor ieder leerling gedurende minstens 2 jaar, nadat hij of zij de lagere school had verlaten. Al werden de kosten dan ook dubbel zoo groot, de daarmede bereikte resultaten zouden zeker tegen de hoogere kosten ruimschoots opwegen. VERSLAG LAGER ONDERWIJS,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1906 | | pagina 486