8
op de z.g. midsummerharingvisscherp voor Lowestoft. Deze
vischten evenwel wat noordelijker, en hebben een zeer be
vredigend resultaat gehad, vooral ook omdat de soort, daar
gevangen, van zeer goede kwaliteit was. Het loon van de
visschers was gedeeltelijk verzekerd door vast weekgeld,
zoodat dit voor hen voordeelig is in den tijd, dat het nog
te vroeg is voor de Shetlandsche visscherij.
Het gereedmaken voor de haringvisscherij in onze havens,
was minder dan in 1905, ook als gevolg van de onveiligheid
der binnenhaven. Heeft men moeten overwinteren te Vlaai-
dingen, dan blijft men allicht daar; overbrenging naar hier
van de geheel afgetuigde vaartuigen, brengt weder kosten
met zich; het klaarmaken hier geschiedde door 52 loggers
en 75 bommen tegen respectievelijk 84 en 136 in 1905.
Voor de neringdoenden is deze vermindering schadelijk;
voor het medeleven in hunne gezinnen door de visschers
ongewenscht.
Aan de haringvisscherij werd deelgenomen door 137 bom
men, 176 loggers, waaronder 6 loggerbommen, benevens
3 stoomschepen, waarvan één slechts een reis deed. De
haringvangst was ruim voldoende1906 kan onder de hooge
vangjaren gerekend worden; toch bleven de prijzen de ge-
heele teelt vrij goed, voor alle soorten, waardoor hooge
besommingen werden gemaakt, hooger dan in 1905, die ook
reeds gunstig waren. Ook dit jaar werden via Leith kleine
hoeveelheden gezonden.
Aan groote schommelingen was ook dit jaar de markt niet
onderhevig, zoodat de koopman met speculatie geen bijzondere
winst zal hebben gemaakt; van de November-aanbrengst
mocht men zich verheugen in stijging van prijs in Februari
van dit jaar. (1907). Voor reeders en visschers is de uitkomst
goed, de gemiddelde besomming per bom kan dit jaar op
f 8375 gesteld worden, alzoo f 675 meer dan in het vrij
gunstige jaar 1905; op één na de hoogste der laatste dertig jaar.
De vangplaatsen der haring geven geen nieuwe gezichts
punten.
Aan vang haringseizoen Baltasound en Lerwick, midden
Doggersbank (zg. op en bij het zand) en einde Zuidelijk
Engelsche wal en Binnenzee. Enkele visschers begaven zich
in September en October nog zeer Noordelijk, ter plaatse
waar in den aanvang van het seizoen werd gevischt, en ver
kregen minder goed resultaat op die onderneming dan in
het vorig jaar, hoewel toch niet geheel teleurstellend.
Het nettenverlies was beduidend minder dan het vorige
jaar; opmerking verdient evenwel dat 18 en 19 Juli een
hevige storm heeft gewoed ter hoogte van Lerwick, waarbij
van enkele loggers het vischwant geheel of gedeeltelijk te
4
O K
OU VERSLAG DER KAMER V. KOOPHANDEL EN FABRIEKEN.