IJ 39 22 a. Wat betreft de ligging van het terrein, kan toegegeven worden, dat het slachthuis, gesteld dat het er reeds stond, zich thans nog buiten de bebouwde kom der gemeente zou bevinden: de gronden van het bouwplan Laakhavenkwartier, waarvoor de straten reeds vastgesteld en die ook ten deele reeds bebouwd zijn, liggen toch altijd nog op eenigen afstand, maar bij een beschouwing van het ontwerp-uitbreidingsplan dezer gemeente, blijkt duidelijk dat het slachthuisterrein na verloop van korter of langer tijd aan den Z.O.-kant zal grenzen aan een uitgebreide stadswijk, die gelegen zal zijn tusschen de Laak en de grens der gemeente naar de zijde van Rijswijk. Het ligt evenwel voor de hand, dat dit bezwaar, dat bij moderne slachthuizen inderdaad, wat betreft den hinder voor de omgeving, niet overwegend schijnt te zijn, even sterk zou worden gevoeld in andere gedeelten der gemeente, waar van de afstand tot het centrum van de stad niet te groot is, en waar een behoorlijke verbinding te water en per spoor is te verkrijgen. Het komt ons dus voor, dat het gekozen terrein, al zal dat mettertijd binnen de bebouwde kom der gemeente komen te liggen, moeilijk door een beter te vervangen is, zulks voornamelijk doordat men bij een openbaar slachthuis in hooge mate gebonden is aan de eischen van een gemakkelijk verkeer. Een verbinding te water is nergens zoo goed te verkrijgen als in de buurt van de Trek vliet, aangezien men door de Trekvliet met alle waterwegen van de geheele provincie in behoorlijke verbinding staat, terwijl het alleen aan de con currentie tusschen de H. IJ. S. M. en de Staatsspoor kan liggen, wanneer er geen aansluiting met de laatste te ver krijgen isde verbinding toch tusschen de beide stations is aanwezig en er behoefde alleen, wat meer dan tot nu toe, gebruik van gemaakt te worden. Bij een eventueel contract met de H. IJ. S. M. omtrent de spoorwegverbinding met het abattoir zou wellicht het gebruik van het verbindingslijntje nader aan de Staatsspoor kunnen verzekerd worden. In ieder geval dient op een of andere wijze een verbinding met de Staatsspoor tot stand gebracht te worden. Het drijven van vee toch en het daarmede gepaard gaande slaan op de beesten is zeer nadeelig voor de qualiteit van het vleesch te achten. Maar ook de nabijheid van een voornamen verbindingsweg als den Rijswijkschen weg is een groot voordeel. Hier is de toegang tot de stad voor geheel Delft en omgeving, en niet alleen van de veemarkten te Leiden, Utrecht en Rotterdam, maar ook van die te Delft, komt heel wat vee naar den Haag- Let men alleen op de eischen van het verkeer, dan is er op het terrein aan de Laakhaven niet veel aan te merken, VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1906 | | pagina 898