f|
141
van
D. M. Cenijn, hadden geregeld plaats. Er werden 1349
kinderen ingeschreven.
Evenals vorige jaren werd ook nu voor zieke zuige
lingen voedsel verstrekt, in de inrichting gereed gemaakt.
De nieuwe regeling onder den heer D. M. Cenijn,
als Geneesheer-Directeur en de voortgezette leiding van
Mej. van Deinse, bijgestaan door de hoofdverpleegster
Mejonkvr. Rethaan Macaré en door de overige zusters,
werkte uitnemend.
De Vereeniging genoot een subsidie van f500,-van
de Gemeente. De rekening over 1906 sloot met een
nadeelig saldo f 5826,385.
In de Inrichting voor Ooglijders werden in het afge-
loopen jaar 4177 patiënten behandeld, waarvan er 144,
n.l. 83 mannen en 66 vrouwen, met 3072 verpleeg-
dagen, in de inrichting werden opgenomen. Er werden
46 patiënten met 954 verpleegdagen geheel kosteloos
verpleegd, terwijl 17 patiënten met 569 verpleegdagen
een klein gedeelte der verpleegskosten betaalden.
Mejuffrouw M. A. Adriani bleef als directrice, de heer
dr. M. J. Bouvin als geneesheer-directeur en dr. C. H.
Hazewinkel als plaatsvervangend geneesheer-directeur
werkzaam; dr. J. R. van Geuns is mede als oogarts
aan de inrichting verbonden.
De inrichting genoot een subsidie van f 1500,-
de Gemeente.
De Vereeniging Algemeene Haagsche Polikliniek telde
aan het einde van het vereenigingsjaar 1906—1907 79
leden en 159 contribuanten.
Daartoe in staat gesteld door eene belangrijke schenking
bij testamentaire beschikking werd dit jaar begonnen
met het voor de helft afbreken van het oude gebouw
aan de Prinsegracht en met den bouw van een nieuw
gebouw in den tuin en op de door afbraak vrijgekomen
ruimte. Op den lsten April 1908 hoopt men het gebouw
te kunnen betrekken.
Ook dit jaar hebben de werkzaamheden zich wederom
belangrijk uitgebreid. Er werden toch voor alle afdee-
Üngen te zamen ingeschreven: 5965 patiënten en be
droeg het aantal verleende consulten: 28424: terwijl,
gelijk hieronder nader blijkt, enkele afdeelingen werden
1