11
E
voor de lofwaardige wijze, waarop zij zich van hun gewich
tige en niet altijd gemakkelijke taak blijven kwijten.
De Commissie van deskundigen, die de eindexamens op
ons verzoek bijwoonden en afnamen, bestond uit de heeren
Hutschenruyter (Utrecht), Brandts Buys (Rotterdam), en van
Groningen (Leiden).
Uit hun uitvoerig rapport desbetreffend mogen enkele zin
sneden hier eene plaats vinden.
„In het algemeen blijkt uit de verrichtingen van de leer
lingen, dat de aan het Conservatorium verbonden leeraren
„hunne taak met ernst, toewijding, belangstelling en talent
„hebben vervuld. De opleiding, welke aan de leerlingen ge-
„geven wordt, is degelijk; z(j vermijdt eenzijdigheid, en heeft
„blijkbaar ten doel eene zoo ruim mogelijke ontwikkeling
„der muzikale gavenen ofschoon, zooals uit den aard der
„zaak bij een zoo groot getal verschillende individuen te ver-
wachten is, de eene leerling meer vatbaar voor het onder-
„wezene is dan de andere, mag toch met voldoening worden
„geconstateerd, dat de goede hoedanigheden van het onderwijs
„tot in de eenvoudigste prestatiën merkbaar w'aren”.
Waar enkele opmerkingen niet werden weerhouden, die
wij zullen ter harte nemen, luidde het oordeel der deskun
digen over de verschillende klassen onverdeeld gunstig: van
de ensembleklasse voor blaasinstrumenten en de orkestklasse
heet het o.a.„Deze beide klassen, die hetzelfde groote doel
„nastreven, van de leerlingen practische oefening in het
„orkestspel te geven, gaven wel het beste te hooren, wat de
„examens opleverden. Mooie toon, goede voordracht, fraaie
„nuanceering, zelfs eene niet geringe slagvaardigheid bij het
„begeleiden van solisten, gaven aan de prestatiën een zeer
„bizonder cachet en verhieven ze verre boven wat men van
„leerlingen redelijkerwijs mag verwachten”.
Ook deed zich dit jaar het verblijdend verschijnsel voor,
dat niet minder dan vijf leerlingen deelnamen aan de com
positieklasse; eene er van. Mej. van Velthuysen, verwierf bij
het eindexamen den Nicoïaïprijs.
De einduitvoering op 21 December had ook nu weder een
groot aantal belangstellenden gelokt, die het Gebouw voor
K. en W. geheel vulden.
De uitvoering verliep naar wensch, en onze Voorzitter
herdacht de lotgevallen van het afgeloopen jaar, terwijl hij
den vertrekkenden een hartelijk vaarwel toeriep en ze niet
zonder een bemoedigend woord voor de toekomst liet scheiden.
De door hem ingestelde medaille reikte hij uit aan: Mej.
Keys (piano), Schot (zang, bij loting) en aan de heeren van
der Pas (viool) en Verhey (klarinet). Reeds boven werd aan
gestipt, dat Mej. van Velthijysen den Nicoïaïprijs voor com
positie zich mocht toegewezen zien.
5
VERSLAG CONSERVATORIUM VOOR MUZIEK.