40 HOOFDSTUK IV. Geldmiddelen. f 22.139.024,095 21.029.018,23 Naar de laatste door Gedeputeerde Staten afgesloten rekening (art. 221 der wet van 29 Juni 1851, Staatsblad No. 85) over liet dienstjaar 1906 bedragen: de ontvangsten en de uitgaven zoodat die rekening sluit met een batig saldo van Een archivaris Een klerk Een schrijver Archief en bibliotheek werden door 67 personen be zocht en door verscheidene schriftelijk geraadpleegd. Bij besluit van Burgemeester en Wethouders werd de grens van het Oud-archief voorloopig verlegd naar 1851. Plannen voor de stichting van een geheel aan de eischen beantwoordend afzonderlijk archiefgebouw zijn bij den Raad ingediend. De bibliotheek werd door schenking en aankoop be langrijk uitgebreid. Voor verdere mededeelingen, betreffende deze ver zamelingen, verwijzen wij naar het verslag van den archivaris, opgenomen onder de bijlagen als no. 41. De archieven na 1851, onder beheer der Afdeeling „Archief en Expeditie” van de Gemeente-secretarie, bevinden zich in goeden staat. 1.110.005,845 Verder verwijzen wij naar de staten (Bijlagen 7 en 8), die den aard der ontvangsten en der uitgaven afzonder lijk vermelden. Be tijdelijke werkzaamstelling onder den archivaris van den klerk W. N. Arntzenius werd veranderd in een definitieve: tot schrijver voor den tijd van één jaar werd, met ingang van 16 Januari, benoemd Mejuffrouw II. J. J. M. van Diepen. Op 1 Januari 1908 bestond bet personeel uit: f 2000 - 700 - 400 Jaarwedde

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1907 | | pagina 41