H
B
20
4
--
damsche straat 66, terwijl in de Kerstvacantie de meubelen
van de Hulpschool aan de Jan van Gojenstraat 88 getrans
porteerd werden naar eene nieuwe school aan de Wolma-
ransstraat 101, om laatstgenoemde met 2 Januari 1908 in
gebruik te kunnen nemen.
-
Bij het bijzonder lager onderwijs hadden de navolgende
mutatiên plaats
Mej. J. P. Posthuma verplaatste 1 September hare bijzondere
lagere school van de Willemstraat 14 naar de Van Diemen-
straat 200, terwijl het Wilhelmina-instituut aan de Daendels-
straat 71, Hoofd de heer A. J. ten Breul, met 1 September
werd opgeheven.
Aangaande de Vincentiusscholen is te vermelden, dat de
heer N. W. H. Göbbels den heer P. van den Winkel als
Hoofd der bijzondere lagere school aan de Mariastraat 1
verving, terwijl de heer P. van den Winkel optrad als Hoofd
der bijzondere lagere school aan de Van der Duynstraat 11a,
ter vervanging van den heer F. C. K.öhlbrugge.
Verder kwam op 1 September als Hoofd der school in het
Aloysiusgesticht aan de Brouwersgracht mej. W. C. van
Haaren in de plaats,van mej. H. van Thiel.
1 ‘October opende mej. J. E. Winkler Prins in de Valken-
boschlaan 68 eene bijzondere school voor gewoon lager en
meer uitgebreid lager onderwijs voor meisjes van 6—12 jaar.
Ten slotte zij vermeld, dat in den loop van het jaar 1907
der Commissie het bestaan van nog drie byzondere scholen
bekend werd, nl. van twee Roomsch-Katholieke scholen, resp.
aan de Kerklaan te Scheveningen (school v. j.), Hoofd de
heer C. L. Wesseling en van de Willebrordus-Vereeniging
(school v. m.) aan de Van Ostadestraat, Hoofd mej. A. J. C.
Ledel, alsook van de christelijke meisjesschool van mej. M-
E. Thierry aan de De Perponcherstraat 115.
Het aantal bijzondere scholen bedroeg op 31 December 1907
zeven en zestig.
Aantal leerlingen. Op 15 October 1907 bezochten 35 774
kinderen de openbare en bijzondere scholen te zamen tegen
35 006 op denzelfden datum van het vorige jaar.
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.