r
39
I
38
VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.'
Commissie adviseerde mitsdien gunstig en de onbewoonbaar-
verklaring werd door den Gemeenteraad opgeheven.
De ontruimingstennijn van het onbewoonbaar verklaarde
perceel Schedeldoekshaven n°. 65 werd door den Gemeente
raad verlengd tot 19 April 1908.
Naar aanleiding van een ingekomen klacht werd een
onderzoek ingesteld in zake overbevolking van een woning
aan de van Ravesteijnstraat, die bewoond bleek te zijn door
een gezin, bestaande uit man, vrouw en negen kinderen,
van welke laatsten drie beneden 12 jaar oud. De aanwezige
luchtruimte zonder aftrek van de betimmering bedroeg iets
meer dan 109>/2 M3., terwijl volgens de Bouw- en Woon-
verordening 123 'j2 M3. aanwezig behoorde te zijn.
Bij deze berekening was de keuken buiten beschouwing
gelaten, aangezien naar het oordeel der Commissie een
keuken niet gezegd kon worden te zijn een vertrek in den
zin, die door de genoemde verordening aan dat woord
gehecht wordt.
Mitsdien werd aan Burgemeester en Wethouders in over
weging gegeven, het hoofd van het bedoelde gezin aan te
schrijven om de overschrijding van het geoorloofde aantal
in die woning te huisvesten personen te doen ophouden.
Burgemeester en Wethouders berichtten een paar maanden
later, dat het aantal bewoners der bedoelde woning intus-
sehen met twee verminderd was. Burgemeester en Wet
houders deelden echter niet in de meening der Commissie,
als zoude de inhoud van de keuken in casu niet mede-
gerekend mogen worden voor het bepalen van den inhoud
van de vertrekken van de woning.
Afgescheiden daarvan evenwel was door de vermindering
van het aantal bewoners voldaan aan den eisch van art. 118
der Bouw- en Woonverordening, ook zonder dat de inhoud
der keuken in rekening werd gebracht.