39 i I 42 VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE. Het is eigenlijk niet meer dan een gewone houten schuur zonder steenen voet, met houten plafonds en ongestreken pannendak. Het gebouw is in één woord slecht: het is ver zakt en hangt in elkaar, de deelen zijn vol scheuren en kieren, zoowel aan den buiten- als aan den binnenkant. De vloerdeelen, hoewel hier en daar gerepareerd, sluiten slecht in elkander. De ramen zijn van onderen vast, van boven kan een klein deel tuimelen; terwijl in den zomer deze wijze van ventilatie geheel onvoldoende is, is de hier aan gebrachte tuimelraamconstructie in den winter hoogst on geschikt door den konden luchtstroom, die direct neerkomt op de vlak onder die ramen zittende kinderen. In de lokalen is het zeer tochtig, en in den jongsten winter was de temperatuur in die lokalen ondanks het gloeiend stoken van de kachels, vaak slechts eenige graden boven het vriespunt te krijgen. De school heeft voor ieder lokaal een gebrekkig ingericht tonprivaat met vuilen trechter. Terwijl in de lokalen de lucht dezer privaten zeer duidelijk merkbaar is, bestaat daarbij bovendien nog de fout, dat de deur van het schoollokaal naar het portaaltje van het privaat en de deur van het privaat zelf beiden in het kleine portaaltje draaien. Alleen door zich op een bepaalde manier tusschen deze beide deuren heen te werken, kan men het privaat bereiken en verlaten. De privaten der lokalen 6 en 7 liggen aan de Noord- Westzijde tegen die lokalenindien de wind uit dien hoek waait, komt de stank door de reten en kieren van den houten wand in het schoollokaal, wat somtijds niet is uit te houden. In lokaal 4 staat de rij banken, die geplaatst is tegen den wand onder de ramen, tengevolge van den uit het waterpas gezakten vloer zoo hinderlijk schuin, dat men verplicht is de kinderen, welke in die banken zitten, telkens met anderen te doen afwisselen, omdat dit voortdurend schuinzitten de kinderen anders te veel zou vermoeien. Het algemeene aanzien van het gebouw, zoowel van binnen als van buiten, is bedroevend. Aan den buitenkant is het op verschillende plaatsen gestut, terwijl op de eene plaats een gedeelte goot totaal ontbreekt en op een andere een stuk goot er bij hangt en naar beneden dreigt te komen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1907 | | pagina 948