48
30
325
3.25
2.95
0.39
3.19
3 20
2.80
De cijfers geven het eiwit (N X 6.37) in
procenten aan.
2.53
3.01
3.21
3.31
0.36
0.37
n.
3.01
3,29
2.74
2.99
IX. Kaas.
In eenige winkels, maar voornamelijk op de markt, werd
6. Nagegaan werd in hoeverre de methode Trillat-Saulon,
een bepaling van het totaal eiwit in melk door verwarming
met formaldehyde, praecipitatie met azijnzuur en extractie
met aeeton in plaats van de Kjeldahl methode, waarmee hij
gelijke uitkomsten zou geven, zou kunnen treden. De uit
komsten waren gelijk, terwijl echter Trillat en Sauton op
geven, dat het filtraat geheel N. vrij is, werd steeds 0.20.4
als eiwit berekende stikstof in deze vloeistof gevondenander
zijds gaf het gewogen eiwit bij destructie volgens Kjeldahl
een 0.2 a 0.4 lagere eiwitwaarde dan bij directe eiwit-
bepaling in de melk gevonden werd.
Werd het praecipitaat niet met aeeton uitgetrokken, maar
met het vet gewogen en dus van het elders gevonden vet
afgetrokken, dan kreeg men een waarde overeenkomende met
die door destructie van het praecipitaat gevonden. De 0 2—
0.4 °/o als eiwitberekende stikstof van het filtraat, schijnt op
een wijze, die niet verder is nagegaan, door de extractie met
aeeton weer binnengesmokkeld te worden.
nog al eens kaas aangetroffen, welke in zeer slechten toestand
verkeerde. Waarschuwingen bleken slechts in enkele gevallen
tot verbetering aanleiding te geven, zoodat tot verbaliseeren
moest worden overgegaan. Dit laatste middel bleek meer
afdoende; de toestand der ten verkoop aangeboden kaas is
belangrijk verbeterd.
verslag keuringsdienst van eet- en DRINKWAREN.
0.33
Filtraat van I
v. Kjeldahl.
IV.
Totaal eiwit
v. Kjeldahl.
III.
Totaal eiwit
v. Kjeldahl.
I.
Ei wit Trillat en Sauton I
vet met aeeton.
I.
Totaal eiwit Trillat en Sauton,
door aftrek van het elders gevonden vet.
II.
Praecipitaat I
v. Kjeldahl.
ni.
Filtraat van N°. I
v. Kjeldahl.
