36
2. Rystvet.
III 0.96 IV 0 93 uitgedrukt op
Ook hier leverde de W.-B methode een hooger percentage
vet dan de gewone extractie methode.
Ook hier weer het joodgetal en verzeepingsgetal van het
W.-B. vet hooger dan van het extractievet, bij een lager
refractiecijfer. Het vet was voor deze proeven gedurende */zuur
in de waterdroogstoof gedroogd.
64.3
70.3
66.7
53.3 70.0
51.4 65.9
51.0 30.9
50.0
90.1
86.9
69.6
83.1
197.5
188.7
189.1
197.1
180.
197.
vast
Bassein
Rangoon
Java
Japan
Het vet was bij deze proeven gedroogd, gedurende een
’/i uur in de waterdroogstoof. Uit een en ander blijkt dat het
tarwevet door aetherextractie verkregen andere eigenschap
pen heeft als dat volgens Berntrop’s methode verzameld.
Het is waarschijnlijk dat door eenvoudige aetherextractie
behalve vet ook andere bestanddeelen uit het meel worden
verwijderd. Dit bleek in het bijzonder bij het onderzoek van
een rijstmeel waarbij zich uit het door eenvoudige extractie
verkregen vet een aantal naaldvormige kristallen afscheiden,
welke thans nader zullen worden bestudeerd.
Het jood- en verzeepingsgetal van het door extractie ver
kregen vet was steeds lager dan bij het Weybull-Berntrop
vet. Het Berntrop vet was gewoonlijk veel donkerder van
kleur, dan het door extractie verkregen vet.
Eindelijk is nog eens geconstateerd, dat door directe
extractie met aether het aetherresidu grooter is naarmate
men langer extraheert b.v. meel No. 2 gaf bij 12-urige
extractie 1.60 bij 24-urige 1.63 na 36-urige 1.66 en
bij 48-urige 1.68 vet °P watervrije stof, terwijl de
Berntrop methode 2.08 vet opleverde.
a. vet, door extractie verkregen;
b. vet, volgens Weybull-Berntrop verkregen.
Het vetgehalte, volgens W.-B. methode, bedroeg bij merk
I 0.93 II 0.90
watervrij meel.
Verzeepingsget^
Joodgetal.
Soort.
b.
b.
b.
b.
a.
a.
a.
a.
a.
dik vloeib.
n
o’
59.1
Uiterlijk bjj
kamertemperatuur.
Refractie
40° C.
T
n
r>
R. M.
getal.
48 VERSLAG KEURINGSDIENST VAN EET- EN DRINKWAREN.