39 XIII. Chocolade. I In den loop van dit jaar werden een groot aantal dezer genotmiddelen uitvoerig geanalyseerd om op grond dezer onderzoekingen een oordeel te krijgen aangaande de kwaliteit der gebruikte grondstoffen. Het was niet mogelijk de honderden soorten chocolade, welke in den handel worden aangetroffen, in dit onderzoek op te nemen, zoodat uitsluitend de z.g. vijf 'cents feepen, een artikel, dat in vele winkels wordt aangetroffen en dat een niet onbelangrijk handelsprodukt is, werden geanalyseerd. Bepaald werd het vochtgehalte, het aschgehalte, het vet en suikergehalte. Voorts werden de eigenschappen van het vet bestudeerd, waarvoor in aanmerking kwamen het jood- additiegetal, het verzeepingsgetal, de brekingsindex bij 40° C., de Björklundproef, de proeven van Filsinger en Hager, als mede de reacties op sesam en katoenpitolie. Het vetgehalte werd bepaald door extractie met watervrije aether gedurende 16 uur, het suikergehalte door polarisatie en berekend volgens Woy, terwijl tevens de draaiing na inversie (C)erget) en het reductievermogen tegenover Fehling- sche oplossing werd nagegaan. De volgende tabel geeft een beeld van de analyse uit komsten. Van een behoorlijk bereid product behoeft dus het pentosaan- gehalte, uilgedrukt op de vetvrije droogrest, niet hooger te zijn dan 4.0 °/D. Het vetgehalte werd bepaald volgens Röhrigen door extractie. Bovendien werd bepaald de refractie van het vet, de alcaliteit van de asch volgens Farnsteiner, terwijl in enkele gevallen de hoeveelheid kalium in de asch werd bepaald, alskalium- platinchloride en berekend als K2 C O3 op de vetvrije droogstof. Dit laatste cijfer schommelde tusschen 3.8% en 9.4%. VERSLAG KEURINGSDIENST VAN EET- EN DRINKWAREN. 48

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1908 | | pagina 1169