52
3
regelingende algemeene beschouwingen waartoe deze om
standigheid uit den aard der zaak aanleiding gaf, deden uit
komen dat het naar het oordeel der Commissie wenschelijk
was, enkele dier bepalingen te wijzigen nog vóórdat tot toe
passing ervan zou moeten worden overgegaan.
De Commissie vernam evenwel, naar aanleiding van uit
voerige mededeelingen dienaangaande door haar aan het
College van Burgemeester en Wethouders gedaan, dat dat
College het aanbrengen van wijzigingen niet wenschte te
bevorderen alvorens de praktijk de meerdere of mindere doel
treffendheid der gemaakte bepalingen en getroffen regelingen
zou hebben doen uitkomen.
Voorzoover uit deze mededeeling mocht worden afgeleid
dat Burgemeester en Wethouders binnen niet te lang tijds
verloop wijziging der Verordening op grond van opgedane
ervaringen zullen bevorderen, was zij voor de Commissie
verblijdend; want hoewel de Commissie den tijd nog niet
gekomen acht om tot mededeeling van détails over te gaan,
kan zij wel verklaren dat naar hare meening reeds thans
de praktijk de wenschelijkheid van wijziging op menig punt
heeft aangetoond.
Het schoolbezoek werd verricht door verschillende, uit
twee of drie leden samengestelde sub commissies; er wordt
naar gestreefd, in elke sub commissie het paedagogisch met
het practised element te vereenigen.
Voor zoover het den hoofdcursus betreft, werd elk dezer
sub-commissies' het toezicht over slechts enkele vakken
opgedragen; hun arbeid is van te korten duur geweest om
een oordeel over de doeltreffendheid der gekozen werkwijze
te vestigen. Ook gaf het schoolbezoek uit den aard der zaak
nog geen aanleiding tot bijzondere opmerkingen.
Bij herhaling had de Commissie in het afgeloopen jaar
Burgemeester en Wethouders van advies te dienen, ook
eenige malen ter zake van aangelegenheden, welke met
den Handelscursus geen rechtstreeksch verband hielden,
maar het handelsonderwijs in ruimeren zin betroffen.
Met leedwezen moet de Commissie volledigheidshalve
vermelden, dat van haar ernstig voorbereid advies aan
Burgemeester en Wethouders, inzake de door hun College
bij den Gemeenteraad in te dienen aanbeveling voor aan
den Handelscursus te benoemen leeraren, zonder haar voor
kennis op zeer veel punten werd afgeweken. De Commissie
vond hierin aanleiding, den Gemeenteraad een afschrift van
bedoeld advies aan te bieden. En hoewel de Commissie
VERSLAG GEMEENTELIJKEN HANDELSCURSUS.