52
14
’s-Gravenhage, 13 Maart 1909.
B.
Duitsche
Engelsche
Aan Edel Achtbare Heeren Burgemeester en Wet
houders van ’s-Gravenhage.
Ingevolge art. 13 van de Verordening No. 23 van 1907,
regelende het onderwijs op den Gemeentelijken Handelscursus,
heeft ondergeteekende de eer U het verslag aan te bieden
over het jaar 1908.
De eerste 8 maanden van het jaar werden in beslag ge
nomen door de voorbereidende maatregelen, die het mogelijk
moesten maken, dat in de maand September met het onder
wijs kon worden begonnen.
De inschrijving van leerlingen was 31 Dec. 1907 gesloten
en had tot resultaat, dat zich voor den hoofdcursus 112 manne
lijke en 27 vrouwelijke leerlingen en voor den voorbereidenden
cursus 88 mann. en 8 vr. leerlingen aanmeldden.
Bp den aanvang van het jaar 1908 kon het eerste werk
van ondergeteekende zijn, inlichtingen inwinnen omtrent
die ingeschrevenen, die niet langer dan 6 maanden voor den
datum van inschrijving de school verlaten hadden.
Gelijktijdig had de voortzetting plaats van het onderzoek
naar de beteekenis der sollicitanten, die zich ten getale van
108 voor de verschillende vacante betrekkingen aan den
voorbereide’nden en den hoofdcursus hadden aangemeld.
Naar aanleiding daarvan kwam een rapport tot stand en
werden benoemd:
A. Tot klasseleeraar aan den Voorb. cursus:
de heeren F. J. Bruggeman, A. Snijder en A. Schuur.
Tot leeraar in schoonschrijven aan den V. C.:
de heer B. Klooster.
Tot leeraar in snelschrijven aan den V. C.
de heer R. Balt.
Tot leeraar aan den Hoofdcursus:
Voor de Nederl. taal en handelscorresp. de heer E. Hazelhof.
Fransche
H.H. 0. C. Bertram
en H. M. H. Sineets.
H.H. G. Gosses en
R. P. G. Hameetman.
de heer A. Broers.
VERSLAG GEMEENTELIJKEN HANDELSCURSUS.
n
n
r>
n
n
n
r>
T>
n
n
i