52 19 zeer groot. Verreweg het meerendeel bleek ervan doordrongen, dat ze werkten om hun toekomst beter te verzekeren. De handhaving van de tucht in de school werd daardoor ge makkelijk. Het schoolbezoek mag zeer getrouw genoemd worden en van elk verzuim werd aan ondergeteekende be hoorlijk verantwoording gedaan. Ouders en patroons werkten daartoe bijna zonder uitzondeing naar wensch mede. Te laat komen kwam sporadisch voor. Ook hiervan werd steeds rekenschap gevorderd. De eisch in deze richting gesteld, werkte zeer zeker ook preventief. Omtrent, de leeraren vermag ondergeteekende met den grootsten lof te spreken. Zij ontwikkelen een groote werk kracht. Verzuim komt alleen voor als ziekte of dringende omstandigheden dit noodzakelijk maken. Door voortgezette studie en door partij te trekken van elkanders kennis of ervaring trachten zij steeds leemten in eigen kennis aan te vullen en zich steeds meer en meer op te werken tot de hoogte van hunne taak. Een geest van samenwerking zit bij allen voor. Zeer duidelijk komt dit uit op de vergade ringen, waar ondergeteekende steeds van alle kanten krach- tigen steun ondervindt bij elke poging om het belang van den cursus te bevorderen. Eigen arbeid, hoe veelomvattend ook, wordt hem daardoor lichter gemaakt en steeds meer wordt het besef bij hem levendig, dat op den duur met den Gemeentelijken Handelscursus iets goeds bereikt zal worden. Overdreven voorstellingen daarvan wil hij niet oproepen. De omstandigheid dat het aantal lesuren in verband met het groote aantal leervakken uiterst beperkt is en dat niet te rekenen valt op werkzaamheid der leerlingen buiten de lesuren, werkt natuurlijk remmend en maakt, dat de eischen aan den cursus zeer zeker niet te hoog gesteld mogen worden. Toch mag de verwachting uitgesproken worden, dat een krachtige werkzaamheid van eenige jaren achtereen aan tal van jeugdige ingezetenen van ’s-Gravenhage ten goede zal komen door hunne geschiktheid voor een admini stratieve betrekking aanmerkelijk te vergrooten en dat de opofferingen,die de Gemeente zich daarvoor getroosten wil goede vruchten zullen afwerpen. Ondergeteekende zou in zijn plicht te kort schieten als hij ten slotte niet met dankbaarheid melding maakte van de krachtige medewerking van het Gemeentebestuur, dat in tal van opzichten blk gaf van milde opvattingen bij de oprichting en instandhouding van den Handelscursus. Ook wijst hij met voldoening op de groote belangstelling, daadzakelijk bewezen door de Commissie van Toezicht. In het bijzonder gevoelt hij zich verplicht aan den Secretaris, den heer Hijmans, die steeds met de grootste bereidwilligheid zijn kennis van de VERSLAG GEMEENTELIJKEN HANDELSCURSUS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1908 | | pagina 1261