BJJlage 32 III. 3°.
Boekjaar 1908.
21 359,94
f 29.814,03
503,24
30.317,27
Neen.
Neen,
van f
f 28.493.15
21.943.92
Bedrag der uitbetalingen in het boekjaar (hier
onder ook op te nemen de aan inleggers uit
betaalde rente)
Tegoed der inleggers aan het einde van het
boekjaar
OPGAVEN omtrent de Spaarkas der Afdeeling
Den Haag van den Nederlandsch Roomsch-
Katholieken Volksbond.
114
293
165
27
3
602
209
.Eigenbeheer,
ver-
Bedrag van het reservefonds aan het einde van
het boekjaar
Geheel bedrag der waarde van de bank aan het
einde van het boekjaar
Is in het afgeloopen jaar ook verandering ge
bracht in den rentetax?
Zoo ja, wat was aan het einde des boekjaars
het bedrag van den rentetax, waarnaar aan
de inleggers rente werd toegekend?
Is het kapitaal der bank geheel of ten deele
geplaatst in een andere spaarbank? Zoo ja,
tot welk bedrag aan het einde des boekjaars?
en welke spaarbank?
Worden door de spaarbank voorschotten
leend?
736,90
f 51.173,97
Aantal inlagen in ’t boekjaar gedaan beneden één gulden
1 tot beneden f 10
10 100
100 1000
1000 en hooger
Totaal van het aantal inlagen in het boekjaar gedaan.
Aantal uitbetalingen aan inleggers in ’t boekjaar gedaan.
Tegoed der inleggers aan het begin van het
boekjaar
Bedrag der inlagen gedurende het boekjaar
(Hieronder niet op te nemen de rente, die bij
het te goed is gevoegd.)
Rente aan de inleggers toegekend a 3 pCt.,
(onverschillig of die rente is uitbetaald, dan
wel bij het te goed is gevoegd)