t
s
i
15
De deining bij storm, zelfs bij ruw weer, veroorzaakt veel
schade aan de vaartuigen door botsing en het voortdurend
breken der touwen, waarmede zij vastgemeerd liggen, zelfs
als deze geheel nieuw zijn. Hierdoor is van overwinteren
geen sprake. Gevolg daarvan was dan ook dat evenals vorige
jaren de vaartuigen noodgedwongen hun laatste reis te Vlaar-
dingen binnenliepen, waar, dank zij de uitbreiding der haven,
een veilige ligplaats voor een groot deel onzer vloot werd
gevonden.
Moge de gemeente hier spoedig een verbetering in weten
te brengen, al is het ten koste van een groot financieel offer,
daar zoowel haar belang als dat van de visschers, reeders
en neringdoenden er bij betrokken is. Het bouwen van pak
huizen op door de gemeente uit te geven grond blijft zeker
achterwege, zoolang de binnenhaven onbruikbaar blijkt voor
het bedrijf. Ook de havengelden zijn natuurlijk belangrijk
minder. Voor de berging onzer vloot is de haven niet alleen
onveilig, doch ook te klein, zoodat uitbreiding dringend noo-
dig is; verbetering en uitbreiding dient dus samen te gaan.
Het oog is nu gevestigd op de door den Raad benoemde
commission, die deze gewichtige zaak door hare voorlichting
tot gunstige oplossing kunnen voorbereiden.
Het aantal te Schiedam en Delftshaven binnenkomenden
is stationnair gebleven. De reeders, die daar reeds eenige
jaren pakhuizen in eigendom hebben en tevens handelaars
zijn en dus zelf de haring tot zich nemen, geven daaraan
voorloopig de voorkeur, vooral nu zij zien, dat onze haven verre
van voldoende isvan botsen en stooten is daar geen sprake.
Een groot deel der in de Maashavens aangebrachte pekel
haring werd, evenals vorige jaren, hier verkocht in kantjes,
evenals die, hier door de bommen of de loggers in de haven
binnengebrachtwel een bewijs, dat die wijze van verkoop
voordeeliger wordt geacht, dan die in gepakte tonnen.
De oorzaak daarvan is te vinden in de onkostenrekening
keur- en pakloon en vooral de aftrek van een gulden per ton
voor de zoogenaamde VR (vrak) gekeurde, die voor den
handel zoo goed als gelijkwaardig zijn. Het keuren komt wel
ten goede van den koopman, doch is het nadeel van visscher
en reeder waarborg voor de comsüinptie geeft deze keur niet.
'i
4. Scheepvaart.
Aan het einde van 1908 waren in deze gemeente 185 vaar
tuigen van 10 of meer tonnen inhoud.
De beurt-, pak- of marktschepen van en op ’s-Gravenhage
varende, meten te zamen 2231 ton en de stoom booten tus-
schen deze gemeente en andere plaatsen en vice-versa, hebben
i
I
VERSLAG DER KAMER V. KOOPHANDEL EN FABRIEKEN. 35