39
41
VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.
in de onmiddellijke nabijheid van de Scheveningsche Visscher-
haven.
Een dezer keeten behoort aan de aannemers, die voor
rekening van de Gemeente de verlenging van den strand-
muur uitvoeren. De hierbedoelde keet is in drie afdeelingen
verdeeld; zy bevat een slaapgelegenheid voor 18 polder
jongens, een schaftlokaal, benevens een woonvertrek met
bedstede voor den keetbaas, zijn vrouw en zijn twee kinderen.
In de slaapgelegenheid is voor elk der 18 man slechts
5.4 M3. luchtruimte aanwezig; het raam is niet beweegbaar.
De keet heeft een enkelen houten wand, die tijdens het
onderzoek van wege de koude van buiten met asfaltpapier
was bespijkerd.
De andere keet behoort aan den aannemer, die, voor
rekening van het Rijk, werk aan de buitenhaven uitvoert.
Het is een keet, die valt onder de bepalingen omtrent
woonkeeten, voorkomende in de „Algemeene Voorschriften”
welke bepalingen echter .ten eenenmale onvoldoende zijn.
Deze keet herbergt 14 man, kan niet voldoende geventileerd
worden en heeft evenals de vorige enkel beschot; in de
slaapgelegenheid is hier slechts 2.8 M3. luchtruimte per man
aanwezig. Er zyn voor de hierbedoelde keet twee ton-
privaten zonder deur beschikbaar.
Naar de Commissie meende te weten, werden deze beide
keeten ter bewoning gebezigd, zonder dat daartoe door
Burgemeester en Wethouders ingevolge art. 49 der Woning
wet schriftelijk vergunning was verleend. De keeten voldeden
dan ook niet aan billyke eischen. Mitsdien vestigde de Com
missie de aandacht van Burgemeester en Wethouders op de
gebrekkige wyze waarop het werkvolk van de betrokken
aannemers in deze keeten was onder dak gebracht en de
Commissie meende van deze gelegenheid te nfogen gebruik
maken om ernstig aan te dringen op een nauwgezette na
leving der bepalingen van art. 49 der Woningwet. Voor
wat betreft de te stellen eischen meende de Commissie
allereerst te mogen verwyzen naar het bepaalde by art. 2
der Bouw- en Woonverordening, maar overigens werd er
door haar aan herinnerd, dat art. 49, 3 der Woningwet
imperatief voorschryft, dat aan het verleenen van vergun-