39
17
J
Niettegenstaande het Openbaar Slachthuis in aanbouw is,
werd in den loop van het verslagjaar nog een viertal ver
gunningen verleend voor het oprichten van slachterijen,
allen te Scheveningen.
In zake de oprichting van een varkensslachterij aan de
Badhuisstraat werd dezerzijds met het oog op de onvoldoende
ruimte der lokaliteit en het gevaar, dat dientengevolge een
deel van het slachtersbedryf in de open lucht zal worden
uitgeoefend, het verleenen der gevraagde vergunning ernstig
ontraden. Over deze slachterij, die reeds zonder vergunning
in werking was, werd dan ook in de omgeving geklaagd.
Desniettemin werd de vergunning door Burgemeester en
Wethouders verleend, zulks onder de gebruikelijke voor
waarden.
De andere vergunningen betroffen een slachterij van rund
vee, kalveren en varkens in de Symonsstraat, een slachterij
van rundvee aan den Drogersdyk, beiden reeds in het vorig
jaarverslag vermeld, benevens een slachterij van varkens
tuet rookery van spek en vleesch aan de Keizerstraat.
aan de Approchestraat, waarvoor in 1906 vergunning was
verleend voor een proeftijd, die 1 Maart 1909 zou verstrijken,
werd geadviseerd de aanvrage in zoo verre in te willigen,
dat vergunning werd verleend tot tijd en wijle de Gemeen
teraad eene Verordening, ook met betrekking tot huiden-
zouteryen zou hebben in het leven geroepen, als bedoeld in
art. 4, sub 2° of 3° der Hinderwet.
De Commissie bleet zich n.l., onder verwijzing naar haar
vorig advies omtrent deze huidenzouterij, stellen op het
standpunt dat eene vergunning voor zulk een inrichting
slechts voor zoo langen tijd zou mogen worden verleend,
als hier ter stede nog geen openbaar slachthuis zou bestaan,
en dat, zoodra dit laatste het geval zou zijn, de Gemeente
raad het hebben of gebruiken van een huidenzouterij zou
dienen te verbieden, terwijl dan bij het abattoir gelegenheid
zou moeten worden gegeven om huiden te zouten.
Burgemeester en Wethouders verleenden in dezen over
eenkomstig ons advies andermaal vergunning voor een proef
tijd, welke ditmaal op 1 Mei 1912 zal zyn verstreken.
VERSLAG DEK GEZONDHEIDSCOMMISSIE.
2