I 39 i - 61 VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE. „ad artikel 2: Ten behoeve van den Ontsmettingsdienst „zal gesticht worden eene observatie-inrichting. Gevraagd „mag Morden, wie hier zal observeeren. De directeur der „Openbare Reiniging? Een medisch-adviseur ad hoe? Of is „het wellicht de bedoeling de observatie van verdachten „over te laten aan den behandelenden medicus, den huisarts? „Maar dan moeten wij er hier toch met nadruk op wijzen, „dat het in observatie houden van verdachten, in het algemeen „gesproken, alleen zal voorkomen bij een onverhoopt op treden van ziekten als pokken, cholera en pest, en dat Juist by die ziekten (de zoogenaamd exotische) naar het „oordeel onzer commissie de gemeentelijke dienst onverwijld „zelfstandig zou moeten ingrijpen, gelijk zulks nader is „uiteengezet in ons advies d.d. 29 November 1907. Hier „mag van een overlaten van de te nemen maatregelen aan „den behandelenden geneesheer naar ons oordeel geen „sprake zijn. „Wellicht wordt hier echter meer in het bijzonder gerekend „op de hulp van den intusschen lang niet altyd beschik baren medischen Inspecteur van de Volksgezondheid, maar „dan zou hier nog weer eens duidelijk blijken, op welk „een gebrekkige wijze de geheele organisatie in elkaar is gezet. „Voor de meest ernstige gevallen van bedreiging der Volks gezondheid zal men wel de beschikking hebben over een „observatie-inrichting, maar er zal geen deskundige zyn, „wiens bepaalde taak het is van die inrichting in geval van „nood het meest doeltreffend gebruik te maken. „ad artikel 3 al. 3. In de toelichting tot deze alinea wordt „gesproken van „overbrengen van patiënten naar een zieken huis of observatie-inrichting”, alsmede van „een woning, „welke een bron van gevaarlijke besmetting kan worden”, „en alweder moet opgemerkt worden, dat de vraag, welke „van die twee wijzen van overbrenging de voorkeur verdient „benevens de vraag of een bepaalde woning werkelijk een „bron van besmetting dreigt te worden, in laatste instantie „ter beoordeeling wordt overgelaten aan den Directeur der „Openbare Reiniging. Ook hier is dus afgeweken van het „zuivere schoonmaak-standpunt, maar desniettemin acht men „iu den verantwoordelijken leider van den dienst geen speciale

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1909 | | pagina 1050