39 74 VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE. gemeentewege rioleeren en bestraten van het gedeelte der Beeklaan, waaraan ook deze perceelen zijn gelegen. Het advies der Commissie luidde als volgt: „Op de vraag ons gesteld bij Uw schrijven van 20/24 „Augustus j.l. N°. 14081/28, of er ook termen zijn, om de „perceelen Beeklaan 79, 81, 83, en 85 ter onbewoonbaar- „verklaring voor te dragen antwoorden wy zoo beslist „mogelijk ontkennend. „Tot motiveering van deze nieening zouden wij kunnen „volstaan met eene verwijzing naar hetgeen ten aanzien „van deze aangelegenheid te lezen is op bladzijden 54, 55 „en 56 van ons jaarverslag over 1908 ten allen overvloede „merken we nog op: „Blijkens artikel 18 der Woningwet kan van onbewoonbaar- verklaring eener woning alleen in twee gevallen sprake zijn „1°. Indien deze niet door verbeteringen in bewoonbaren „staat kan worden gebracht en „2°. Indien de eigenaar in gebreke blijft, de van hem „geeischte verbeteringen aan te brengen. „Geen van beide gevallen is o.i. hier aanwezig. „De aanleiding tot onbewoonbaarverklaring zou moeten „zijnonvoldoende watervoorziening. Dit is een gebrek, dat „in casu onmiddelyk kan worden verholpen door aansluiting „aan de gemeentelijke drinkwaterleiding. „De tegenwoordige eigenaren zijn allerminst onwillig, om „die verbetering tot stand te brengen. Integendeel vragen „zij reeds sinds lang om aansluiting, terwijl zij bereid zijn „de daaraan onvermijdelijk verbonden kosten te dragen. „De onwillige is in deze het Gemeentebestuur. „Dit weigert zyn onmisbare medewerking te verleenen, „zoolang niet voldaan is aan eenen aan de levering van „duinwater geheel vreemden eisch, dien het Gemeentebe stuur bij deze gelegenheid meent te mogen stellen. „De eisch is, dat de tegenwoordige eigenaars alsnog een „bydrage in de kosten van rioleering en bestrating van de „Beeklaan zullen storten; een bijdrage, die vroeger hadbe- hooren te zijn betaald, doch die destyds hetzij ten gevolg) „van misverstand, hetzij ten gevolge van moedwillig „onwillig verzuim door de toen daartoe geroepenen niet

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1909 | | pagina 1063