41 8 door bet ontbreken van alle notulen. Het bleek echter in de bedoeling van Regenten te liggen deze ook af te staan. Vol ledigheidshalve deel ik hier mede dat de overdracht daarvan in 1910 plaats had en dat Regenten toen het bruikleen ver anderden in een geschenk, dat door den Gemeenteraad werd aanvaard. Moge dit voorbeeld navolging vinden bij andere college’s, die hun oude archieven goed bewaard en beschreven willen zien, bereikbaar voor elk ernstig onderzoeker; nu wij een goede berging kunnen aanbieden lijkt mij deze mogelijk heid volstrekt niet uitgesloten. b. Bibliotheek. Door schenking en aankoop werd de bibliotheek vermeerderd met 285 werken, waaronder geene, die bijzondere vermelding verdienen. Als andere jaren wil ik ook dit jaar met enkele woorden uiteenzetten, hoe ik mij de ontwikkeling van de onder mijn beheer staande verzamelingen in de naaste toekomst voorstel. In de eerste plaats zullen wij moeten trachten om de nu verkregen inrichting zoo productief mogelyk te maken. Van groot belang daarvoor zal zijn om de overbrenging van de oude rechterlijke en notarieele archieven van het Rijk te verkrijgen, welke overbrenging op het oogenblik van de samen stelling van dit verslag was aangevraagd en welke zoo goed als zeker is. Is deze eenmaal geschied dan zal mijns inziens bij de verschillende takken van gemeentedienst een zorgvuldig onderzoek moeten geschieden naar alle archiefstukken van voor 1851, die daarbij nog mochten berusten en tevensnaar de stukken afkomstig van die ambtenaren, college’s of com- missiën wier functiën zijn opgeheven, zoodat de door hen samengebrachte archieven voor de levende administratie geen belang meer hebben. Deze toch behooren eigenaardig onder beheer van den archivaris gebracht te worden. Eerst als dat is geschied en de ordening en beschrijving daarvan is afgeloopen is mijnerzijds het voorstel te verwachten om ook een gedeelte der archieven na 1851 naar het oud-archief over te brengen. Zoo zal geleidelijk een gezonde toestand worden verkregen, waarbij het oud-archief werkelijk de plaats inneemt, die het in de gemeentelijke huishouding kan en dus ook moet innemen. Het jaar 1909 heeft het op dien weg een belangrijk eind verder gebracht. Ik heb de eer te zijn van Uw College, de dienstwillige, H. E. van Gelder, Gemeente- Archivaris. VERSLAG GEMEENTE-ARCHIEF EN -BIBLIOTHEEK. Plannen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1909 | | pagina 1093