54
15
VERSLAG BEWAARSCHOOL-AKTE-EXAMENS.
Bij de grootste helft der candidaten bleek, dat zij zich
bewust waren, dat een opgewekte leertoon, een duidelijke
verklaring van het spel, een nauwkeurig voordoen der be
wegingen, gevolgd door de vereischte controle op de uit
voering en het aanbrengen van verbeteringen noodzakelijk
zijn voor een goed aanleeren van het spel.
By anderen bleek deze overtuiging geheel of gedeeltelijk
niet aanwezig. De toon was bij haar dikwijls weinig opge
wekt en zij wisten de belangstelling niet te wekken.
Sommigen gaven meer gymnastiekles, dan dat zy speelden.
Vaak werd de orde verstoord, doordat de candidaat niet
op alle kinderen lette en zich alleen met de dichtstbijstaande
leerlingen bezighield.
Het opstellen der klasse ging dikwijls onhandig, zoodat
geen gelyke rijen gevormd werden, de kinderen te dicht
op elkander stonden en de onderwijzeres te dicht bij de
klasse; anderen, die eene goede opstelling hadden, ver
zuimden er op te letten, dat de kinderen op de aangewezen
plaatsen bleven, zoodat de klasse spoedig een wanordelijk
aanzien kreeg.
Verklaring en bespreking van spel en bewegingen bleven
achterwegenaar nauwkeurig voordoen van de bewegingen
en correcte uitvoering werd weinig gestreefd.
Soms werd met zingen en bewegingen maar dadelijk en
gelijktijdig aangevangen, als verwachtte men, dat de leer
lingen een hun geheel onbekend spel maar dadelyk goed
zouden meespelen. Ook het herhalen werd af en toe verzuimd.
Examen voor hoofdonderwijzeres (Akte B).
De Commissie was samengesteld als voor het afnemen
der Akte A.
De voorbereidende besprekingen werden gehouden op de
Zaterdagen 25 September en 2 October 1909.
In de eerste vergadering werd besloten:
le. dat het schriftelyk examen op 8 October zou plaats
hebben te Rotterdam in de zaal van „Het Nut”, Oppert 81,
te ’s-Gravenhage in het gebouw Wagenstraat 119;
2e. dat het mondeling examen voor de helft der candi
daten zou gehouden worden in de gemeente-bewaarschool
aan de ’s-Gravenzandelaan 185 en voor de andere helft in
de gemeente-bewaarschool aan het Vaillantpleiu 17 te’s-Gra-
venhage.
3e. dat dit jaar nog niet in spreken zou geëxamineerd
worden;
4e. dat voor de samenstelling en het nazien van het
schriftelyk werk drie sub-commissiën van drie leden zouden
gevormd worden, één lid uit elke categorie;