15
b.
1910
1911
1911
Mackay en J. den Dulk Wzn. De overige heeren
werden herkozen.
De heer J hr. S. VAN Citters berichtte bij brief van
28 Mei, dat hij wegens vertrek uit de Gemeente ontslag
nam als lid van den Gemeenteraad. De heer P. H.
van der Kemp, die eveneens ontslag had genomen, was
in de Raadsvergadering van 22 November voor de
laatste maal tegenwoordig. Om gezondheidsredenen werd
door den heer B. Janse Johzn bij schrijven van 5
October ontslag als Raadslid genomen. In hunne plaats
werden gekozen respectievelijk de heeren Jhr. Mr.
W. Th. Gevers Deijnoot, L. W. J. K. Thomson en
Mr. W. J. Snouck Hurgronje.
Het College van Burgemeester en Wethouders.
Met het oog op den verloftijd van de leden van het
Dagelijksch Bestuur werd in de Raadsvergadering van
5 Juli benoemd tot tijdelijk Wethouder voor het tijdvak
van 15 Juli tot en met 14 Augustus, de heer E. Edersheim
Bzn., die zich belastte met de afdeeling Gemeentebe
drijven.
Den 7den September werd Dr. C. Lely, ter vervulling
der vacature, ontstaan door zijne periodieke aftreding als
Raadslid, als Wethouder herbenoemd.
Op 1 Januari 1910 bestond het College van Burge
meester en Wethouders uit de heeren
wordende door den Burgemeester een jaarwedde ge
noten vanf 10.000
en door eiken Wethouder van4.000
Het toezicht op de verschillende takken der gemeente-
huishouding werd verdeeld als volgt:
de Burgemeester: de afdeelingen Algemeene Zaken,
E. C. Baron Sweerts de Landas Wyborgh,
Burgemeester
J. Simons
H. de Wilde
R. A. van Sandick
J. C. Jansen.
Dr. C. Lely
02
S
1911 1
1914 i f
1914
Jaar van
aftreding.