I I I I K By lage 14 Besmettelijke ziekten. In antwoord op Uw schrijven van 4 Januari 1910, no. 177 A Z., bevattende het verzoek om de noodige gegevens te willen verstrekken, voor zooveel mijn werkkring aangaat, ten behoeve van het jaarlijksch verslag van den toestand der Gemeente over 1909, heb ik de eer U het volgende te berichten. VERSLAG van den ti/jdelijken Inspecteur ter bestrijding der Cholera. In het afgeloopen jaar kwamen bijna aanhoudend in mindere of meerdere mate gevallen van roodvonk en diphtheritis voor, maar zij droegen geen bijzonder kwaadaardig karakter. Mazelen en kinkhoest vertoonden zich ook vrij talrijk. Febris typhoïdea was af en toe sporadisch waar te nemen, zonder dat de oorsprong der ziekte telkens was op te sporen. In het begin der maand December kwamen bijna gelijktijdig drie gevallen te Scheveningen voor onder schepelingen, die op eenlogger hadden gevaren, welke te Vlaardingen was binnen gekomen. Van de bemanning uit 12 personen bestaande, zijn bovendien nog twee anderen ziek geworden aan eene koortsige ziekte, die echter niet als febris typhoïdea is herkend. Een der drie lijders aan febris typhoïdea is overleden. Evenals op verschillende plaatsen van ons land vertoonden zich ook hier in de laatste helft van het jaar een klein aantal gevallen van kinderverlamming (poliomeylitis anterior acuta), sommige met een lichter, andere met een zwaarder verloop. Influenza was in het voorjaar en in den zomer dikwijls waar te nemen, en vertoonde eene vermeerdering in de herfst- en wintermaanden. Opvallend was het groot aantal gevallen van acute maag- darmcatarrh, dat voorkwam in de maanden Augustus en September, juist toen zich cholera asiatica te Rotterdam voordeed. Deze acuut optredende ingewandsaandoening was

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1909 | | pagina 338