III I I 9 24 A Het onderwijs werd gegeven des Maandags, Dinsdags, Donderdags en Vrijdags van 912 en van l3/483/4 (op Dinsdag en Donderdag, en sinds September ook op Maandag, in enkele klassen tot 43/4), des Woensdags en Zaterdags van 9—1; op beide laatstgenoemde dagen met eene pauze van een kwartier tusschen het tweede en derde uur. De lessen werden dagelijks geopend met gebed en het lezen van een gedeelte der Heilige Schrift, en gesloten met dankzegging. Van Dinsdag 5 Januari 1909 af, waarop de Kerstvacantie eindigde, werd op alle werkdagen les gegeven, met uitzon dering van de vacantietijden 8 tot 20 April, 30 April, 10 Mei, 29 Mei tot 2 Juni, 10 Juli tot 7 September en 24—31 December. Het aantal der leerlingen bedroeg op 1 Januari 1909 39, waarvan 17 in de eerste, 13 in de tweede en 9 in de derde klasse. Onder deze leerlingen waren negen meisjes. Van hen, die tot het einde van den cursus 1908/9 de school bezochten, werden 32 tot eene hoogere klasse bevorderd; 4 konden niet worden bevorderd. In den loop van het jaar 1909 verlieten zeven leerlingen het gymnasium, terwijl werden toegelaten veertien nieuwe leerlingen en eene auditrix. Op 31 Decem ber 1909 telde het gymnasium 46 leerlingen (waaronder tien vrouwelijke) en eene auditrix. De verdeeling over de klassen was als volgt: in de eerste klasse 14 leerlingen, in de tweede 14 leerlingen en eene auditrix, in de derde 9 en in de vierde 9 leerlingen. H 5 VERSLAG OMTRENT HET CHRISTELIJK GYMNASIUM. I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1909 | | pagina 790