39 11 van gemeentewege een luchtbederf te bestendigen, waaronder een halve stadswijk te lijden heeft. Door een bericht in een der dagbladen werd de aandacht der Commissie gevestigd op het ophoogen van een stuk grond, begrensd door de Morsestraat en de Beeklaan, met „bagger” uit het ververschingskanaal. Bij onderzoek bleek dat zich aan de uitmonding van de loozingen der rioleering (zoowel van die aan de zeezijde als van die aan de stads zijde van de sluis nabij het hoofdrioolgemaal) veel zand afzet. Dit zand is in den loop der jaren geregeld weggebaggerd en geborgen op het terrein aan de Morsestraat. Daar nu dit terrein bestemd is om te worden aangelegd als plantsoen, was de Commissie van meening, dat er uit een hygiënisch oogpunt geen overwegend bezwaar bestaat tegen ophooging B. Verzameling en afvoer van vuil. Een klacht over hinder van een paardenstal aan de Logger- straat leidde tot een aanschrijving van Burgemeester en Wethouders ten gevolge waarvan de stal voorzien werd van een nieuwe rioleering en een waterdichten vloer. Tegen den handelaar in meststoffen, die aan de overzijde van de De la Reykade een groote mestverzameling had aangelegd en van meening was dat deze niet viel onder de bepaling van art. 15 der Algemeene Politieverordening, werd door de politie proces-verbaal opgemaakt, wat ten gevolge had dat htf door den kantonrechter veroordeeld werd ter zake van het houden van een mestverzameling zonder vergunning van Burgemeester en Wethouders. Voorts werd nog de aandacht van Burgemeester en Wet houders gevestigd op den toestand in het zoogenaamde „Broederslop” aan het Westeinde, waaraan, behalve eenige woningen, een lompenbergplaats en eenige pakhuizen voor groenten en andere etenswaren, twee stallen, elk voor één paard, gelegen zijn. Aangedrongen werd op het geven van voorschriften voor deze stallen ingevolge art. 116 der Bouw en Woonverordening en op een betere berging of een spoe diger vervoer van de mest, welke thans hinder voor de bewoners van het slop oplevert. VERSBAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 1159