39
26
De termijn voor de ontruiming van perceel Voldersgracht
no. 99 werd verlengd tot 7 April 1911; een verzoek om ver
lenging van den ontruimingstermijn van perceel Spui no. 210
werd afgewezen, terwijl op de verzoeken om verlenging van
„Daarvoor in de plaats zullen nu aan het Kolenwagenslag
„door de Gemeente worden gebouwd 50 eénkamerwoningen
„en 8 tweekamerwoningen, te samen 58 woningen.
„Men kan hierbij buiten beschouwing laten den nieuwbouw
„door de particuliere bouwnijverheid, omdat die nieuwgebouwde
„of nog te bouwen woningen voor de lagen der Scheveningsche
„visschers- of arbeidersbevolking, waar het hier om gaat,
„allicht te hoog in prijs zijn, ten minste wanneer zij zullen
„worden bewoond, zooals zij naar hare inrichting behooren
„bewoond te worden.
„Naar het oordeel onzer Commissie wordt mitsdien te
„Scheveningen in dezen een zeer bedenkelijke taktiek gevolgd.
„Allereerst had de Gemeente moeten zorgen voor behoorlijke
„aanvulling van den Scheveningschen woningvoorraad met
„een type van woning, dat geschikt is voor de bevolking,
„die men wil verdrijven uit de Scheveningsche krottendaarop
„had kunnen volgen onbewoonbaarverklaring van een ongeveer
„even groot aantal bestaande woningen, als er nieuwe woningen
„waren bijgebouwd.
„In de plaats daarvan gaat men thans een vrij belangrijk
„aantal woningen onbewoonbaar verklaren en moet nog met
„den bouw van een nu reeds te gering te achten aantal
„nieuwe woningen beginnen. Het zal naar ons oordeel reeds
„bij den tegenwoordigen stand der onbewoonbaarverklaringen
„volstrekt noodzakelijk zijn minstens een 100 tal nieuwe
„woningen meer te stichten, dan volgens het thans in be-
„handeling zijnde voorstel van Uw College voorshands
„gebouwd zullen worden.
„Met andere woorden, deze bouw van 58 woningen, waar-
„onder nog 8 tweekamerwoningen, is zoo onvoldoende ter
„voorziening in den Scheveningschen woningnood, dat dezelve
„naar ons oordeel ten spoedigste zal moeten gevolgd worden
„door een tweeden nieuwbouw te Scheveningen op aanmer
kelijk ruimer schaal.”
VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.
