45
7
Seininrichting.
Sleephellingen.
Havengeld.
54
14
577
pompinrichting, om by een eventueelen brand in werking te
stellen, tegen eene vergoeding van f 300. per jaar.
De dienst werkte onafgebroken dag en nacht.
Als grondslag van het getijsein werd steeds aangenomen
de minste diepte, welke in de havengeul der buitenhaven
gevonden wordt.
haringvaarders,
kustvaarders,
41
22
Per
De vier langsche sleephellingen, welke ingevolge de Raads
besluiten van 17 April 1905 en 10 Februari 1908 waren
verhuurd aan de Sleephellingmaatschappij „Scheveningen”
tot 30 Juni 1910, werden ingevolge Raadsbesluit van 3 Juni
1910 en bij acte dd. 13 Augustus 1910 weder aan die Maat
schappij verhuurd tot 30 Juni 1915, tegen een huurprijs van
f 1905,50 per jaar. Bovendien werd aan bovengenoemde
Maatschappij vergunning verleend tot het hebben van de
bestaande schutting enz. langs den bovenkant van de N. W.
zijde van de sleephellingen en tegen betaling van recognitie
van f 1.— per jaar.
Op deze sleephellingen werden in het afgeloopen jaar ge-
hellingd 96 loggers, 119 bommen en 26 andere vaartuigen.
Bij Raadsbesluit van 18 April 1910 werd het voorstel van
Burgemeester en Wethouders, om voor de schepen, welke
elders overwinterd hadden en eerst in den loop van het
jaar in de Scheveningsche haven kwamen, een verminderde
betaling van havengeld toe te staan, goedgekeurd.
In 1910 werden genomen 282 abonnementen en wel:
151 abonnementen voor vaartuigen, uitsluitend de versch-
vaart uitoefenende,
voor vaartuigen, uitsluitend de haring-
visschery uitoefenende,
voor vaartuigen, zoowel de haringvisscherij
als verschvaart uitoefenende,
ingevolge het Raadsbesl. van 18 April 1910,
voor vaartuigen het geheelejaarstilliggend.
reis werd 1165 keer betaald:
453 keer door verschvaarders,
135
577
bovendien werd 9 keer door jachten betaald.
VERSLAG DER VISSCHERSHAVEN.
n
n