By lage 47 Afd. voor mannen, sjouwers timmerlieden grondwerkers loopjongens loopknechts VERSLAG van den toestand van de Gemeentelijke Arbeidsbeurs over het jaar 1910. 600 550 528 347 347 Het is het Bestuur aangenaam bij het einde van het eerste lustrum, dat de Arbeidsbeurs heeft volbracht, te kunnen wyzen op een belangrijke toeneming van het aantal plaat singen. Dat aantal toch steeg van 6883 in 1909 tot 8269, d. i. met 1386 of 20 °/o. In deze toeneming deelt de afd. voor mannen met 963 of 23 °/o, die voor vrouwen met 423 plaat singen of 15 Deze toeneming is te heugelljker omdat het gehalte der plaatsingen, naar het Bestuur meent te mogen aannemen, ook in stijgende richting blijft gaan. Groote aan tallen plaatsingen als sneeuwopruimer, of bij werken van de Gemeente tot leniging der werkloosheid, als in de eerste jaren tot het eindcijfer belangrijk bijdroegen, zijn de laatste jaren niet meer geboekt. Zonder twijfel wordt van de instel ling in toenemende mate gebruik gemaakt door werkgevers en werknemers op een -wijze als bij de oprichting werd beoogd. Teneinde een overzicht van de werkzaamheid te geven over het geheele tijdvak van het bestaan der Arbeidsbeurs, is ditmaal een tabel en een grafische voorstelling opgenomen van de aanbiedingen, aanvragen en plaatsingen, benevens een grafische voorstelling van den loop der bevolking in die vijf jaren (zie bijlage lil, IV en V). Het aantal geplaatste vaklieden bedroeg bij de afd. vóór mannen 3939 of 77 °/o (vorig jaar 70,3 °/o), bij de afd. voor vrouwen 688 of 21 °/o (vorig jaar 33,5 °/o) van het geheele aantal plaatsingen. De meeste plaatsingen kwamen tot stand in de volgende vakken Beroepen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 1322