48 i i 59 VERSLAG KEURINGSDIENST VAN EET- EN DRINKWAREN. deze twee soorten nog brooden voorkomen, bereid uit deeg met mengsels van gelijke deelen melk en water of van gelyke deelen melk en taptemelk of uitsluitend met taptemelk. Van de brooden, welke als melkbrooden (d. w. z. brood, bereid uit een deeg aangemaakt met melk) worden verkocht, bleek nu de eene bakker voor één cent 26.8 gram droog brood te leveren, terwijl een ander 38.0 gram droog brood aan zijn afnemers verstrekte, d. w. z. dat men bij den eenen bakker juist 1.4 maal duurder uit is dan bij een ander. Hetzelfde is geconstateerd by de waterbrooden. Ook daar heerscht een onvoldoende overeenstemming tusschen de prijs en het gewicht van het watervrye brood. Een tweede punt by de overweging der verkregen uit komsten geeft tot de volgende opmerking aanleiding. Gaat men na hoeveel melkbrooden dezen naam met recht dragen, dan blijkt ook in dit opzicht de concurrentie niet altijd eerlijk. Een nadere beschouwing van de hoeveelheid, alsmede van de eigenschappen van het uit deze broodsoor ten verkregen vet (zooals het joodadditiegetal, het getal der vluchtige vetzuren en de brekingsindex) geeft aan, dat nog geen 30 °/0 der melkbrooden op dien naam aanspraak kan maken. In drie dezer brooden was geen melkvet aan te toonen, terwijl de overige brooden van dien aard bereid bleken met melk van ondeugdelijke samenstelling. Een bestrijding van deze misstanden in den broodhandel op grond van eenige bepalingen onzer algemeene verorde ning op voedingsmiddelen zal wel niet mogelyk zijn en toch ware zulks in het belang der volksvoeding zeer wen- schelyk. Enkele gemeenten in ons land hebben een voor schrift, waarin het minimum gewicht van consumptiebrood wettelyk is vastgelegd. Een dergelijke bepaling lijkt mij niet gelukkig, omdat daarbij geen rekening wordt gehouden met het watergehalte van het brood. Beter ware het zoo men in die richting iets zou willen bereiken tevens voor te schrijven een maximum watergehalte van brood of liever nog, te bepalen een minimumgewicht aan droog (d.w.z. watervry) brood, hetwelk voor pondsbrooden op 300 gram zou kunnen worden gesteld. Aan dezen werkelijk redelijken eisch bleken nog niet ten volle 23 °/0 der onderzochte brooden te voldoen. Het gewicht aan droog brood schommelde tus schen 245 en 331 gram. Zou men nog een stap verder willen gaan, dan zouden in overeenstemming met de Codex alimentarius V, vier soor ten consumptiebrood kunnen worden onderscheiden nl. melk- brood, halfmelkbrood, taptemelkbrood en waterbrood. Elk dezer soorten zou men van elkaar kunnen onderkennen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 1400