Bacteriologisch onderzoek. Geteld werden de bacteriën, welke zich uit 1 ccm. water op alcalische bouillongelatine by 22° C. na 2 X 24 uur hadden ontwikkeld terwijl boven dien de telling der koloniën geschiedde, nadat de platen 5 dagen bij 22° C. bewaard waren. Bovendien werd wekelijks ingezet de gistingsproef volgens Eykinan (in duplo), de gistingsproef Eykman-Buliér (in duplo) en de coliproef volgens Ringeling. Voor elk dezer proeven werden 100 ccm. water in bewerking genomen. Voorts werden iedere maand monsters genomen van het gefiltreerde en ongefitreerde water der filters, gelegen op de terreinen bij het Pompstation der waterleiding en van elk dezer monsters een quantitatief bacteriologisch onder zoek verricht. Een beeld van al deze onderzoekingen geven de drie hierby gevoegde tabellen. Het scheikundig onderzoek omvatte de bepaling der oxydeer- baarheid (permanganaatcijfer), van het chloor, van de nitraten, kalkverbindingen, sulfaten, hardheid en verdampingsrest. Eenmaal per maand werd een onderzoek ingesteld naar scha delijke metaalverbindingen, waartoe water werd genomen, dat ongeveer 12 uur in de leiding verbleven was. Voorts werden nog eenige bepalingen verricht van kiezel- zuur, alcalimetalen, ijzer en magnesiumverbindingen. Ammoniak en nitrieten bleken steeds afwezig. VERSLAG KEURINGSDIENST VAN EET- EN DRINKWAREN. 48

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 1418