154
Behalve het sub 4, genoemde betroffen alle adviezen
bebouwing op terreinen, waar de Gemeente zich, hetzij
bij verkoopakte, hetzij op andere wijze contractueel, de
bevoegdheid heeft voorbehouden de teekeningen van
gevels, afsluithekken, enz. bij bebouwing of verbouwing
aan hare goedkeuring te doen onderwerpen.
Ofschoon het aantal der door de Commissie behan
delde zaken nog gering is, bleek haar reeds herhaal
delijk dat de taak, welke zij op zich heeft genomen,
buitengemeen moeilijk is. Was het in sommige gevallen
mogelijk door het geven van wenken de betrokken
ontwerpers te brengen tot wijzigingen, waardoor ver
betering van een ingediend ontwerp werd verkregen,
in andere gevallen waren de ingediende ontwerpen in
opzet zoo beslist onvoldoende uit aesthetisch oogpunt,
dat geen heil werd gezien in opmerkingen en bespre
kingen over detail-punten, zoodat in deze gevallen
zonder meer tot niet-goedkeuring moest worden gead
viseerd. Slechts in vier gevallen, waarvan drie zaken
van ondergeschikt belang betroffen, kon het advies tot
ongewijzigde goedkeuring der oorspronkelijke ingediende
teekeningen luiden. Waar zulks eenigszins mogelijk
bleek, heeft de Commissie door het geven van monde
linge of schriftelijke inlichtingen getracht de belang
hebbenden voor te lichten omtrent de wijze, waarop
door hen kon worden geraakt tot plannen, welke de
Commissie voor goedkeuring vatbaar achtte. Echter
heeft de Commissie gemeend zich strikt te moeten ont
houden van het verstrekken van teekeningen of schetsen
aan de belanghebbenden, eenerzijds om niet de meening
te doen post vatten, dat bij afkeuring van een teekening
de Commissie wel voor een gewijzigd ontwerp zal
zorgen, anderzijds om de belanghebbenden ertoe te
leiden zich zelf beter dan tot dusverre rekenschap te
geven van het aesthetisch effect der door hen ont
worpen bouwwerken.
In dit verband zij nog opgemerkt, dat door de Commissie
in haar eerste vergadering werd besloten, dat door de
leden individueel geen adviezen zullen worden ver
strekt noch gratis, noch tegen honorarium om
trent zaken, waaromtrent het oordeel der Commissie is
ingeroepen. Hierdoor wenscht de Commissie ïi priori te
voorkomen, dat nu of later de leden in min of meer