I J 20 Mededeelingen van algemeenen aard. 4 Ji Onder het toezicht onzer Commissie zijn thans negen en zestig openbare scholen gesteld. Onveranderd bleef het getal burgerscholen, namelijk een en twintig. Het getal eerste-klassescholen vermeerderde met één en bedroeg op 1 Januari 1911 dertien. Op 1 Juli 1910 werd namelyk het tweede gedeelte van het bovenbedoelde nieuwe gebouw aan de Fisherstraat met leerlingen eener eerste- klasseschool bevolkt. Getal scholen Verplaatsingen. Hoewel over 1909 geen verslagen der drie scholen E (voor zwakzinnigen) bij de Commissie inkwamen, waren toch opgaven omtrent het getal leerlingen kwartaalsgewijze opgenomen en telden daarom voor dat jaar de scholen E onder die der tweede klasse mede, waardoor het geheele getal ses en dertig bedroeg. Thans zijn deze drie scholen, welke uitsluitend ouder het toezicht van den Districtsschoolopziener zijn geplaatst, van onze lijst af gevoerd, doch, daar in den loop van het jaar 1910 twee tweede-klassescholen zijn geopend, was op 1 Januari 1911 het totaal dezer inrichtingen vijf en dertig. Den 5den April 1910 werd de nieuwe tweede-klasseschool aan de Boylestraat 20 betrokken, terwijl 1 Juli daaraan volgende de eene helft van het nieuwe opbouw aan de Fisherstraat als tweede-klasseschool in gebruik werd ge nomen. I. I 8

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 499