20 Het Mannheimer stelsel kan niet dan zeer gewijzigd in onze gemeente w’orden toegepast. Volgens de Wet op het Lager Onderwijs vormt toch en terecht iedere school één organisch geheel met een getal klassen, overeenkomende met het getal leerjaren of half jaren. terwijl men dit stelsel niet meer te Mannheim toepast. Daar bestaat slechts ééne volksschool, wier leerlingen in een aantal gebouwen, ieder bestemd voor een dertigtal klassen, zijn ondergebracht. Jongens en meisjes zijn gescheiden, doch doorgaans zijn in hetzelfde gebouw één jongens- en één meisjesgroep ge huisvest, welke groepen w'eder in verschillende klassen zijn verdeeld. Onze Wet verzet zich dus alsnog tegen eene wijziging in de schoolinrichting, geheel overeenkomstig het Mannheimer stelsel. Alvorens den weg aan te geven, die in deze gemeente bij toepassing van het gewijzigde Mannheimer stelsel zoude kunnen worden gevolgd, wenscht de Commissie de volgende stellingen aan te nemen: 1°. De leerlingen zijn te onderscheiden in 4 groepen: de meer begaafden. De Commissie vermeent, dat wegens hun betrekkelijk gering getal de zorg voor hunne speciale ontwikkeling en hunne belangen veilig aan de scholen kan worden overgelaten b. de normaal begaafden; de minder begaafden (beneden het normale); de zwakbegaafden (zwakzinnigen). Dezen hebben op de scholen E reeds eene plaats gevonden. 2°. De geschiktheid der leerlingen onder a, b en c, hier boven genoemd, voor den schoolarbeid is te uiteenloopend ban dat het mogelijk is, hen gedurende de jaren, dat zij ouder de leerplichtwet vallen, naar eenzelfde leerplan en volgens dezelfde methoden hetzelfde einddoel te doen be reiken. 3°. Er dienen maatregelen genomen te worden, om te zorgen, dat de leerlingen, behoorende tot groep c, wier geschiktheid tot leeren belangrijk minder is dan die van de groepen a en b, gescheiden worden, teneinde te trachten, 10" VERSLAG LAGER OUDERWIJS. c. d.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 602