23
22
VERSLAG OMTRENT HET MIDDELB. ONDERWIJS.
3e.
Gebouw.
4e.
D. Visscherijschool te Scheveningen.
Directeur: de heer C. Lieuwén.
1c. Leerlingen.
De leerlingen waren in den vorigen cursus verdeeld over
twee klassen, elk gesplitst iu twee afdeelingen.
In klasse A werden opgenomen de jongelieden van den
leeftijd van 15 tot 17 jaren, terwijl klasse B bestemd was
voor de leerlingen, die ouder dan 17 jaren waren.
De lesuren waren op Maandag, Dinsdag, Donderdag en
Vrijdag voor klasse A van 1 tot 3 uur in den namiddag,
voor klasse B van 6 tot 8 uur ’s avonds. De tweede afdee-
ling van klasse B vormde de examen-klasse.
Acht van hare leerlingen namen in Mei 1910 aan de
examens deel, van wie twee slaagden voor stuurman en zes
voor schipper aan boord van zeevisschervaartuigen. Een
leerling kon wegens nog niet voldoende vaartjjd geen
examen doen.
Gemis aan ruimte deed zich sterk gevoelen. Sommige
lokalen zouden met het oog op het groote aantal leerlingen
te verbeteren zijn door het aanbrengen van kleine wijzigingen
der inwendige inrichting.
B. M. P. van Aalst, eenige dagen nadat zij het voornemen
had te kennen gegeven zich uit het schoolleven terug te
trekken. Gedurende 29 jaren was zij als ijverige docente
aan de school werkzaam geweest. Haar overlijden wekte
dan ook algemeene deelneming.
Tijdelijk werd zij vanaf 16 September vervangen door
mejuffrouw S. Z. Abrahams en Jonkvrouwe 6. F. ('oenen van
’s-Gravensloot.
Mejuffrouw A. S. 0. H. Jungius was door ongesteldheid
bij het begin van den nieuwen cursus niet in staat hare
lessen te geven. Voor het Engelsch werd tijdelijk in hare
plaats aangesteld mejuffrouw A. M. J. Prins, terwijl hare
lessen in de Geschiedenis werden waargenomen door mejuf
frouw A. W. D. Zuidema en de Directrice.
Onderwijs.
Bij het begin van den nieuwen cursus werd de zesde
klasse A opgericht. Hiermede is de reorganisatie voltooid,
die gunstig blijft werken.