23 40 VERSLAG OMTRENT HET MIDDEL». ONDERWIJS. H. Nederlandse!, Lyceum. Rector: R. Casimir. Het Nederlandse!, Lyceum, voor zoover betreft de afdee ling: Hoogere Burgerschool, bestaat uit drie klassen, in aansluiting bij het onderwijs in de eerste en tweede klasse van de afdeeling: Gymnasium. Er bestaat derhalve gelegen heid op deze school het volledig onderwijs te volgen in alle vakken, omschreven in artikel 17 der wet op het middel baar onderwijs. Ie. Leerlingen. De afdeeling Hoogere Burgerschool is eerst op 9 Sep tember 1910 voortgekomen uit de inrichting voor bijzonder hooger onderwijs: „het Nederlandse!, Lyceum.” Op dien datum bedroeg het aantal leerlingen voor volledig onderwijs in de derde klasse 5 jongens en 2 meisjes, en in de vierde klasse vier jongens en één meisje, te zamen 12 leerlingen, terwijl bovendien één meisje in de derde klasse enkele lessen volgde. Deze leerlingen waren allen zonder examen respectievelijk uit de tweede en derde klasse bevorderd. Een geljjk aantal leerlingen en over dezelfde klassen verdeeld waren aanwezig op den laatsten dag van het jaar 1910. Van hen is één leerling buiten de gemeente woonachtig, terwijl bij het begin van den nieuwen cursus in de derde klasse waren drie van den leeftijd van 14, één van 15 en drie van 16 jaren en in de vierde klasse drie, die 15, één, die 16 en een, die. boven 18 jaren oud waren. Alle leerlingen namen deel aan het gymnastiek-onder- wys, dat aan elke klasse gedurende één uur per week gegeven wordt. 2e. Onderwijs. Aan de leerlingen is de gelegenheid gegeven om buiten de gewone schooluren godsdienstonderwijs te ontvangen. Het schoolgeld bedraagt per leerling voor het volledig onderwijs aan de Hoogere Burgerschool f250.’sjaars en aan de Handelsschool f400.’sjaars. Met het begin van den cursus 1910/1911 werd het aantal lesuren in de twee handelsklassen met één uitgebreid voor warenkennis, ten einde dit vak. dat vroeger met de schei kunde en handels aardrijkskunde verbonden was, meer tot zijn recht te doen komen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 945