24 46 leerlingen (waaronder tien vrouwelijke) en eene auditrix, en wel in de eerste klasse 14 leerlingen, in de tweede 14 leerlingen en eene auditrix, in de derde 9 en in de vierde 9 leerlingen. Van de 44 leerlingen, die tot het einde van den cursus 1909/10 de lessen volgden, werden: 9 bevorderd naar klasse II: 5 niet bevorderd naar klasse II; 7 bevorderd naar klasse III; 5 niet bevorderd naar klasse III: 9 bevorderd naar klasse IV; 8 bevorderd naar klasse V; 1 niet bevorderd naar klasse V. In den loop van het jaar 1910 werd door zes leerlingen het gymnasium verlaten; het aantal der nieuw toegelatenen bedroeg 28. Op 31 December 1910 stonden als schoolgaande te boek 68 leerlingen (waaronder 14 meisjes) en eene auditrix. Hiervan waren 30 geplaatst in de eerste klasse (gesplitst in twee parallelafdeelingen, elk van 15 leerlingen), 14 in de tweede, 8 (en eene auditrix) in de derde, 8 in de vierde en 8 in de vijfde klasse. Van deze laatste volgden 6 de lessen voorbereidende tot de studie in de faculteit der godgeleerd heid, der rechtsgeleerdheid en der letteren en wijsbegeerte, 2 tot die in de faculteit der geneeskunde en der wis- en natuurkunde. VERSLAG OMTRENT HET CHRISTELIJK GYMNASIUM.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 987