25 5 In den Raad van Bestuur hadden overigens geen mutatiën plaats. De Raad vernam het overlijden, den 16en Maart te Locarno in Italië, van den oud-directeur der Academie, den heer van Delden. In het leeraarspersoneel hadden de volgende verande ringen plaats: Met ingang van 1 Juni werd tot le leeraar in de Bouw kunde benoemd de heer H. v. d. Kloot Meyburg, ter ver vanging van de heeren J. J. Gort en B. O. Holsboer, aan wie op hun verzoek eervol ontslag werd verleend. De leeraar C. Koppenol werd op zijn verzoek eervol ont heven van zyn lessen aan den winterdag- en avondcursus en laatstbedoelde opgedragen aan den leeraar M. J. Schild, die in de le klasse (rechtlijnig teekenen) vervangen werd door den heer J. Rijkse, die van den leeraar Koppenol de lessen van den dagcursus overnam. Als volontair bij het onderwijs in het Rechtlijnig-, Pro jectie-, Hand- en Wandplaatteekenen in den zomerochtend- cursus werd aangesteld de heer C. Junod. Ter vervanging van den heer A. de Graaf, die bedankte voor de lessen in Algebra en Meetkunde aan den winter- avondcursus, werd voor een jaar op proef aangesteld de heer H. T. Hoekstra, student aan de Technische Hoogeschool die, in verband met deze opdracht, bevorderd werd van leeraar C tot leeraar B, terwijl de tijdelpke leeraar in het zelfde vak K. F. van ’t Hoff bevorderd werd tot vast leeraar B. Aan de leeraren in het vormteekenen M. J. Drechsler en J. A. Eblé werd, op hun verzoek, eervol ontslag verleend. VERSLAG ACADEMIE VAN BEELDENDE KUNSTEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1910 | | pagina 995