I
37
ft
i
14
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.
-onderwijzeressen niet medegerekend. Het vorig jaar bedroeg
dit getal 32.
Conciërges. Nog steeds laat de aanstelling van conciërges
voor de openbare scholen op zich wachten. Op de burger
scholen aan de Korte Lombardstraat 7 en 11, treft men
een werkman aan, zonder vaste verblijfplaats in of by de
school, die beide inrichtingen bedient. Ook ’s avonds doet
deze man dienst voor de afdeelingen van den voorbereidenden
Handelscursus, die in eerstgenoemde school geplaatst zijn.
Voorts hebben de burgerscholen aan de Van Hoornbeek-
en Van Beuningenstraat een conciërge. Aangaande de
meisjesburgerschool aan de Atjehstraat wordt medegedeeld:
„geen conciërge; er is iemand, die het werk van de kweeke-
lingen gedurende hunne afwezigheid overneemt”.
De hoop der Commissie: „een volgend jaar een groot
getal scholen te kunnen noemen, waar men in het bezit is
van een conciërge, daar het bezigen van kweekelingen of
van schoolkinderen voor congiërge-diensten, over welke
omstandigheid vroeger reeds meermalen door haar is ge-
Hoewel de verhouding tusschen hoofd en onderwijzers)-essen)
over het geheel weder goed kan worden genoemd, kon zij
op eenige scholen toch beter zijn.
Eene minder goede verhouding bestaat byna uitsluitend
slechts op die scholen, welke in de laatste jaren nieuwe
hoofden hebben gekregen een paar uitgezonderd.
Dit feit zou misschien aanleiding kunnen geven tot de
opmerking, of het geene overweging zou verdienen bij het
opmaken der voordracht ter voorziening in eene vacature
voor hoofd eener school, niet alleen te letten op de kennis
van het schoolonderwijs en de algemeene ontwikkeling, doch
het onderzoek ook uit té strekken tot de persoonlijke eigen
schappen van de aan te bevelen candidaten. Voor de leiding
eener school is meer noodig dan het behalen van het hoogste
aantal punten voor kennis van het schoolwezen en voor
algemeene ontwikkeling. Vooral dient te worden gelet op
het karakter van den leider en diens tact om met vakge-
nooten om te gaan.