37 86 f I' Over het algemeen was de verhouding tusschen hoofden en personeel gunstig. Van sommige scholen wordt zij weder uitstekend genoemd. 1' Schoolvergaderingen. Op de meeste scholen worden occasioneel schoolvergaderingen, bijeenkomsten of 'onder linge besprekingen gehouden, op een enkele om de 14 dagen, op een paar andere geregeld iedere maand. Het hoofd eener Protestantsche school schrijft: „School vergaderingen zonder beslissende stem, zijn onschuldig, als het hoofd zijn wil kan en mag doorzetten. Schoolvergade ringen met beslissende stem staan den bloei- der school in den weg, zoolang de verantwoordelijkheid van het hoofd niet door het bestuur wordt overgedragen op de meerderheid in de schoolvergadering. In het laatste geval moeten leergang, leervorm, leermiddelen en tuchtvorm afwisselen en schom melen, zooals eene meerderheid afwisselt en schommelt.” Een hoofd van eene R.-Katholieke school oordeelt, dat voor een goeden gang van zaken in de school noodig zijn samenwerking en goede verstandhouding. Waar de school vergadering de eerste bevordert en de tweede niet verstoort, zal ze nuttig werken. Maar als ze ontaardt in een beknib beling van het voor de eenheid noodzakelijk gezag, werkt ze beslist schadelyk. Ten slotte meent het hoofd eener Protestantsche school, dat voor den bloei van het onderwijs schoolvergaderingen onderwyzers en gedurende de les hiervan aanteekeningen maken, die later met hen worden besproken, krijgen zy een idee van de waarde en de wyze van de voorbereiding en van de inrichting der lessen. Met betrekking tot het profyt, dat de kweekelingen zelf en de school van hun verblijf in de schooluren trekken deelen de hoofden mede, dat voor de practisehe vorming dit verblijf onmisbaar is, wyl het zien en hooren onder wijzen hen met de toepassing der theorie bekend maakt. Voor de school hebben de kweekelingen dit nut, dat zy achterlijken bijwerken, assisteeren en bij ontstentenis der klasse-onderwyzers, dezen vervangen. VERSLAG LAGER ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1911 | | pagina 1179